De Hooikist Race is misschien wel de mooiste wedstrijd van onze vereniging. Lange up & downwind rakken voor de kust van Pampushaven onder het toeziend oog van een professioneel startschip met dito bemanning. Ook dit jaar waren de heren van het startschip uit Enkhuizen overgevaren en werd de wedstrijd met alle egards gestart en gefinisht. Wij hoefden dus niet lang na te denken of Team Fram wel mee zou doen.
Crew
Een maand voor de wedstrijd hebben we de crew al rond. Het was nog net geen nummertjes trekken, maar het laat zien hoe enthousiast onze bemanningsleden zijn. Alleen Paul en Lodewijk kunnen niet. Voor de een is het voetbalseizoen begonnen, de ander sluit het zeilseizoen met ‘zijn’ Vega-club af in Naarden. Het weerhoudt hen niet om ons ’s ochtends, wanneer we uitvaren, enthousiaste gelukwensen te sturen via de sms.
Deelnemers
Als ik de avond voor de wedstrijd nog even het reglement doorneem valt mijn oog op de deelnemerslijst. Ik zie bekende namen, goede zeilers en snelle boten. Even zinkt de moed mij in de schoenen. De Knoe(r)t (hard) doet mee en de Spoom (winnaar WAC) is ook van de partij. Daarnaast zie ik ene Colenbrander in onze klasse staan. Een bekende naam die, als ik me niet vergis, in het verleden wat wedstrijdjes met Sander Kreukniet heeft gevaren. En niet onverdienstelijk. Ook is Colenbrander dé man achter de SW-handicap. Interessant! Gelukkig doen er ook boten mee waarmee wij wel kunnen wedijveren. Ik heb het over de Gibsy 2.0, de Atlantis en de Kyan. Op papier moeten we die allemaal achter ons houden. Maar dat is op papier.
Over board
Tijdens de driekwartier durende tocht naar het startgebied hebben we alle tijd om de boot klaar te maken voor de wedstrijd. We melden ons tijdig bij het startschip en maken ons op voor de start. Net als we een oefenstart willen maken verlies ik mijn TEAM ABN AMRO cap. Gewoon doorvaren, maar Hennie vindt het toch wel zonde. En stiekem ik ook. Ik kreeg ‘m na afloop van de befaamde race uit handen van Gert-Jan Poortman. Dus begonnen we aan onze Cap-Over-Board manoeuvre. De eerste poging mislukt en bij de tweede poging klinkt het 1 minuut sein. We moeten starten, helaas. De zee geeft, de zee neemt.
Start
De start is niet optimaal door de COB manoeuvre, maar ondanks alles niet heel slecht. We klappen als een van de eerste op zoek naar vrije wind. Het lijkt een goed plan want bij de bovenboei hebben we een paar plaatsen gewonnen. Helaas gaat de gijp met spi mis en hebben we een zandloper. De eerste dit seizoen. Het loopt nog niet helemaal lekker aan boord, waardoor we als 8e van de negen over de streep gaan in de eerste race.
Tweede race
Gelukkig bestaat de Hooikist uit twee races en beginnen we na een korte pauze vol goede moed aan de tweede race. Ik overweeg nog even een zeilwissel, maar het is eigenlijk te laat. We gaan door met de genua 1. We starten goed. En liggen net iets boven de Spoom, Knoet, Geusje en de Hebbus van Colenbrander. We halen ‘m langzaam in, maar helaas lopen we niet even scherp. De Waarschepen van Lomans en Colenbrander, en ook de Geusje lopen een paar graden scherper. Om nog maar te zwijgen over de Knoet die gewoon 10 graden hoger aan de wind loopt. En hard!
Bijbenen
We moeten onder hem door of klappen. We kiezen voor het laatste. We lopen de rest van de wedstrijd behoorlijk hard, maar kunnen niet zo hoog varen als onze tegenstanders. Ook de Atlantis lijkt iets hoger te varen. We houden de schade beperkt door nauwkeurig mee te trimmen met de headers en lifts en door de spi-rakken af te kruizen.
Disqualified
Als we bij de bovenboei plotseling op ramkoers liggen met de Atlantis klopt er iets niet. Hoe kan de Atlantis vanaf de bovenboei komen? Het blijkt dat ze ‘m verkeerd gerond hebben. Ik maak protest en zeg dat de bovenboei bakboord gerond dient te worden, maar Derk-Jan antwoord dat het toch niet uit maakt. Dat maakt het wel en ze lijken geen aanstalten te maken om de boei alsnog goed te ronden. Tja, dat wordt een DSQ’tje.
'Happy faces als we onder spi richting de gate stuiven'
Verhalen vanaf het leugenbankje
We finishen wederom met alleen de Gibsy achter ons. Ver achter ons. Hoewel Xander (de schipper) mij onlangs nog vertelde dat hij makkelijk 7 tot 8 knopen loopt met zijn boot, zien we daar vandaag bijzonder weinig van terug. Er is vast een mooi excuus voor. Wij zijn niet boven de zeven knopen uitgekomen, maar hebben toch lekker gevaren. Met name de tweede race was een foutloze race met een crew in optima forma.
Wedstrijdcommissie
Na de wedstrijd stappen Hennie en René snel van boord voor de nodige zaterdagmiddagverplichtingen. Lodewijk die bij de Vega-meeting is komt even informeren hoe het ging en vereeuwigd Team Fram op de gevoelige iPhone sensor. Ben en ik gaan naar het clubhuis voor een biertje en de uitslag. Daar verwelkomt Henk Everwijn mij hartelijk als nieuw lid van de wedstrijdcommissie. ‘Eh… ik heb nog geen ja gezegd hoor’, maar mijn gestamel werd overstemd door de vraag: ‘Biertje? Ja lekker’.
'V.l.n.r. Hennie, Rene, Ben en Floris vereeuwigd in team tenue.'
Het grote vraagteken
We hebben het over de race en waarom we nu weer als een-na-laatste zijn geëindigd. Het is echt leuk om te merken hoe iedereen meeleeft en welwillend is om onze crew en boot sneller te krijgen. Tips van Team Windrose, een aanbieding van Wim Nierman om een keer mee te zeilen, je onderwaterschip schoonmaken met een stuk tapijt. En dan heeft Henk nog een tip; een mannetje die één van de Skûtsje-crews traint en binnenkort een boekje over zeiltrim uitbrengt. Hij kan wel een keer meevaren en weet de vinger op de zere plek te leggen. Graag!
Framitis
Tot slot heb je nog Lodewijk, die het euvel inmiddels tot ‘Framitis’ heeft gedoopt. Lodewijk is een Vegazeiler in hart en nieren, behalve als hij tijdens een van de vele WAC’jes aan boord van Fram stapt. Dan duldt hij plotseling geen Vega meer voor hem. En ook hij verwondert zich dat Fram ondanks alle verbeteringen categorisch in het rechter rijtje eindigt. Dat riep vragen op bij de plaatsvervangend stuurman, die nu eens niet naar de eigenschappen van Fram keek, maar naar de concurrentie. En hij deed een opmerkelijke ontdekking: wij zijn zwaar!
Elke kilo telt
Bij de Comodo schrijft hij ‘deze is ook erg zwaar en zou hetzelfde probleem kunnen hebben’. Opvallend genoeg vaart hij ook altijd achterin. Ik denk graag dat onze zeilkunsten beter zijn dan die van de Comodo, maar twijfel daar opeens aan. Tot slot schrijft Lodewijk ‘wordt het gewicht van de boot wel meegenomen in de SW rating?’. Geen idee, maar dat lijkt me wel. Anderzijds vind ik de 900 kg verschil van de Dehler 28 met een Friendship 28 vrij groot. Ondanks dat de handicap slechts 1,7% scheelt. Ik meen dat hij 140 cm diep steekt, maar verklaart dat het verschil? En waarom krijgt de Atlantis een gunstigere rating als hij lichter is, langer is en dieper steekt (162 cm met vaste kiel, 0,68/1,73 met ophaalkiel)?
Vraagstuk
Zijn mail laat mij in verwarring achter. Ik concludeer dat ik de SW-rating niet kan beredeneren. Maar de waterverplaatsingstatistieken verklaren ook een aantal zaken. Bijvoorbeeld waarom wij in zwaar weer goed presteren en in licht weer kansloos presteren. Dat is puur een gewichtskwestie en heeft niks met zeilkunsten te maken. Zou het andersom ook zo zijn? Hoe dan ook, nu we dit seizoen roemloos afsluiten ligt er een mooi vraagstuk voor de winter. Eén ding weten we zeker, of we nu een antwoord vinden of niet, volgend jaar doen we weer gewoon mee met de competitie. Want ook dat is de Framitis.
Crew: René, Hennie, Ben, Floris
Finish wedstrijd 1: 8e (van de negen)
Finish wedstrijd 2: 7e (van de negen)
Wind: 12kts WZW
zaterdag 22 september 2012
woensdag 12 september 2012
De Hennie Hoenselaar Cup
Voor de tweede keer in de geschiedenis van de R&ZV Naarden werd de Hennie Hoenselaar Cup gehouden. En nu hoor ik u denken ‘Hé, dat is grappig, er vaart ook een Hennie Hoenselaar bij Team Fram aan boord!’. Dat klopt! En ik zal u vertellen dat het om één en dezelfde Hennie Hoenselaar gaat.
Geschiedenis
19 Augustus 2010 stapte Hennie Hoenselaar voor het eerst bij ons aan boord om er vervolgens niet meer af te stappen. In zijn stormachtige carrière bij Team Fram en de vereniging heeft hij zich niet alleen opgewerkt tot onmisbaar bemanningslid, maar ook tot volwaardig lid van het bestuur. En heeft hij voor elkaar gekregen wat slechts enkele zeiliconen wereldwijd is gelukt. Een prestigieuze zeilwedstrijd die naar jou is vernoemd, en dát zonder een wedstrijd te winnen of juist roemrijk te vergaan tijdens een heroïsche zeilrace.
Afkicken
Toen vorig jaar de WAC ten einde liep, bleek de bodem van ons wedstrijdfanatisme nog niet bereikt. ‘Waarom gaan we volgende week woensdag niet zeilen?’, vroeg Hennie. Nu moet u even het engelenkoor erbij denken (‘halleluja’); De Hennie Hoenselaar Cup was geboren. Nog één woensdagavond het water op omdat we er gewoon geen genoeg van kunnen krijgen. Ik noem het ook wel de afkickwedstrijd.
Verkiezingen
Ik kan voor de verandering eens vroeg in de haven zijn. Gelukkig maar, want Ben zit de hele dag op het stembureau en is er dus niet bij. Nu heeft hij ook nog eens de pech dat ik de commercial voor de verkiezingen in opdracht van Rijksoverheid heb gemaakt, dus verwacht ik een ongekend hoge opkomst bij de stembureaus. René had iets met een ouderavond, dus werden Lodewijk en Feike ingevlogen. Feike, die vorig seizoen twee wedstrijden had meegevaren, had een goede indruk achtergelaten. En toen hij aan boord stapte en de overloop bespeelde zoals Jimi Hendrix zijn Stratocaster bespeelde, vroeg ik mij af waarom ik hem niet vaker heb meegevraagd.
Baan
’s Middags sms ik Bert dat als de wind maar ook een beetje westelijk invalt, hij de borden van de Westbaan moet meenemen. Dit is de baan waar de spinaker langer dan twee minuten kan staan en wij over het algemeen een beetje meters kunnen maken. Als we aan de gegrilde Zeeburger zitten in het Havencafé zie ik Bert met het bord. De grote zwarte cijfers willigen mijn wens in; het wordt baan 13, de Westbaan. Op Facebook fonkelt inmiddels de eerste echte HH Cup. Een jaloersmakende bokaal waarvoor we graag nog even de blaren op onze handen trimmen.
Start
De start was redelijk, ware het niet dat de wind precies 1 minuut voor het startsignaal wegvalt. Ook dat is het Gooimeer. We dobberen richting de eerste boei en besluiten de spi bij te zetten op dit aan-de-windse rak. Na de boei gijpen we met de spi en reachen we tot Almere. De wind valt half in en we lopen de Vega en de Volksboot eruit. De Roxane en Geusje zijn ver aan kop gevolgd door de Knoet en Team Windrose. Ze lopen hard en we lopen maar moeizaam in. Ook op het spirak lukt het ons niet om ver in te lopen.
Grote rakken, snel thuis
Doordat de wind eigenlijk Zuidwest is kunnen we het kruisrak in een slag terugzeilen. Lodewijk stuurt de boot strak naar de finish en Hennie en Feike trimmen de zeilen uiterst nauwkeurig. Ik lig op het voordek, keek en zag dat het goed was. We finishen als vijfde, maar zullen wel weer achteraan eindigen. We worden achtste van de tien deelnemende schepen. Hoewel we geen grote fouten hebben gemaakt (eigenlijk ook geen kleine) eindigen weer dramatisch. De wanhoop maakt zich meester. Waar ligt het nou aan? De matige genua 1? De boot? De handicap? De crew? Vertel het me, alstublieft! Enkele dagen later zou een oplossing zich aandienen onder het genot van een biertje, maar daarover meer in het volgende verslag.
De uitreiking
Natuurlijk moeten we naar het clubhuis voor de uitreiking. Hennie heeft beloofd dat hij de winnaar gaat zoenen. Jammer genoeg, maar begrijpelijk, breekt hij deze belofte en krijgt de winnaar, Jan Hesselink van de Knoet, een ferme handdruk en die prachtige HH Cup. Een nieuwe traditie is geboren en R&ZV Naarden mag een prachtige wedstrijd toevoegen aan haar regattaportfolio.
Crew: Feike, Hennie, Lodewijk, Floris
Finish: 8e (van de tien)
Baan: 13
Wind: 8kts WZW
Geschiedenis
19 Augustus 2010 stapte Hennie Hoenselaar voor het eerst bij ons aan boord om er vervolgens niet meer af te stappen. In zijn stormachtige carrière bij Team Fram en de vereniging heeft hij zich niet alleen opgewerkt tot onmisbaar bemanningslid, maar ook tot volwaardig lid van het bestuur. En heeft hij voor elkaar gekregen wat slechts enkele zeiliconen wereldwijd is gelukt. Een prestigieuze zeilwedstrijd die naar jou is vernoemd, en dát zonder een wedstrijd te winnen of juist roemrijk te vergaan tijdens een heroïsche zeilrace.
Afkicken
Toen vorig jaar de WAC ten einde liep, bleek de bodem van ons wedstrijdfanatisme nog niet bereikt. ‘Waarom gaan we volgende week woensdag niet zeilen?’, vroeg Hennie. Nu moet u even het engelenkoor erbij denken (‘halleluja’); De Hennie Hoenselaar Cup was geboren. Nog één woensdagavond het water op omdat we er gewoon geen genoeg van kunnen krijgen. Ik noem het ook wel de afkickwedstrijd.
Verkiezingen
Ik kan voor de verandering eens vroeg in de haven zijn. Gelukkig maar, want Ben zit de hele dag op het stembureau en is er dus niet bij. Nu heeft hij ook nog eens de pech dat ik de commercial voor de verkiezingen in opdracht van Rijksoverheid heb gemaakt, dus verwacht ik een ongekend hoge opkomst bij de stembureaus. René had iets met een ouderavond, dus werden Lodewijk en Feike ingevlogen. Feike, die vorig seizoen twee wedstrijden had meegevaren, had een goede indruk achtergelaten. En toen hij aan boord stapte en de overloop bespeelde zoals Jimi Hendrix zijn Stratocaster bespeelde, vroeg ik mij af waarom ik hem niet vaker heb meegevraagd.
Baan
’s Middags sms ik Bert dat als de wind maar ook een beetje westelijk invalt, hij de borden van de Westbaan moet meenemen. Dit is de baan waar de spinaker langer dan twee minuten kan staan en wij over het algemeen een beetje meters kunnen maken. Als we aan de gegrilde Zeeburger zitten in het Havencafé zie ik Bert met het bord. De grote zwarte cijfers willigen mijn wens in; het wordt baan 13, de Westbaan. Op Facebook fonkelt inmiddels de eerste echte HH Cup. Een jaloersmakende bokaal waarvoor we graag nog even de blaren op onze handen trimmen.
Start
De start was redelijk, ware het niet dat de wind precies 1 minuut voor het startsignaal wegvalt. Ook dat is het Gooimeer. We dobberen richting de eerste boei en besluiten de spi bij te zetten op dit aan-de-windse rak. Na de boei gijpen we met de spi en reachen we tot Almere. De wind valt half in en we lopen de Vega en de Volksboot eruit. De Roxane en Geusje zijn ver aan kop gevolgd door de Knoet en Team Windrose. Ze lopen hard en we lopen maar moeizaam in. Ook op het spirak lukt het ons niet om ver in te lopen.
Grote rakken, snel thuis
Doordat de wind eigenlijk Zuidwest is kunnen we het kruisrak in een slag terugzeilen. Lodewijk stuurt de boot strak naar de finish en Hennie en Feike trimmen de zeilen uiterst nauwkeurig. Ik lig op het voordek, keek en zag dat het goed was. We finishen als vijfde, maar zullen wel weer achteraan eindigen. We worden achtste van de tien deelnemende schepen. Hoewel we geen grote fouten hebben gemaakt (eigenlijk ook geen kleine) eindigen weer dramatisch. De wanhoop maakt zich meester. Waar ligt het nou aan? De matige genua 1? De boot? De handicap? De crew? Vertel het me, alstublieft! Enkele dagen later zou een oplossing zich aandienen onder het genot van een biertje, maar daarover meer in het volgende verslag.
De uitreiking
Natuurlijk moeten we naar het clubhuis voor de uitreiking. Hennie heeft beloofd dat hij de winnaar gaat zoenen. Jammer genoeg, maar begrijpelijk, breekt hij deze belofte en krijgt de winnaar, Jan Hesselink van de Knoet, een ferme handdruk en die prachtige HH Cup. Een nieuwe traditie is geboren en R&ZV Naarden mag een prachtige wedstrijd toevoegen aan haar regattaportfolio.
Crew: Feike, Hennie, Lodewijk, Floris
Finish: 8e (van de tien)
Baan: 13
Wind: 8kts WZW
vrijdag 7 september 2012
Laatste WAC
Dagen worden korter, de scholen zijn weer begonnen; het teken dat de Woensdagavond Competitie ten einde loopt. Voor de laatste WAC treden Rene, Paul, Ben en ik aan en worden we getrakteerd op een windje van acht knopen uit NNW richting.
Start
In de oefenslagen voor de start loopt het niet lekker aan boord. Lierhandels worden er niet op tijd afgehaald en de lieren worden niet op tijd belegd. Gelukkig zijn we nog aan het oefenen. Voor de start neem ik het roer over van Ben en helpt Paul mij de boot naar de startlijn te loodsen. Dit bleek al meerdere malen een succesvolle combinatie en vanavond zijn we erop gebrand om onze startprocedure nog eens foutloos uit te voeren.
Roet in het eten
Helaas gooit Wim Nierman met Team Windrose roet in het heten. Vlak voor de startlijn stuurt hij de Windrose onder een voorliggende boot door en snijdt ons af. Eigenlijk had ik protest moeten roepen. Loef wijkt immers voor lij, maar het is TW en we hebben eigenlijk niets meer te winnen dit seizoen. Dus varen we door. Onze start is wel naar de haaien want we liggen nu zij-aan-zij aan de lijzijde van TW. Wim zegt dat ik moet afvallen, want dan kunnen we allebei sneller uit de luwte van het bovenliggende veld. Ja leuk Wim, maar als jij mij niet afsnijdt had ik nu daar 150m verder voor gelegen in de vrije wind.
Ongeluksgetal
Als we dan voor de eerste boei ook nog op ramkoers met de Seven liggen, wil ik van geen wijken weten. Wij liggen op de layline over stuur (sterker nog, we liggen er ietsje boven) en de Seven komt over bak aan. Hij heeft voorrang, maar ik gok erop dat hij gaat klappen op de layline. Waarom zou hij verder varen als dat niet nodig is. Of gaat hij echt schippertje pesten? Ik laat het op een last-second-decision aankomen, maar vergeet de crew hierin mee te nemen. Er ontstaat paniek bij hen, terwijl ik op een meter voor de Seven mee tack. Fram moet kort twee keer achter elkaar tacken en we liggen weer bijna stil. Een olietanker komt nog sneller opgang en we verliezen enkele plaatsen. We gaan als een-na-laatste om de eerste ton en onze winnaarsmentaliteit wordt weer op de proef gesteld.
Communiceren
Na mijn actie ontstaat discussie aan boord en ik bied mijn verontschuldiging aan voor het niet-communiceren. De Seven wilde ons blijkbaar dwarsbomen. Prima, dan weten we dat voor volgend seizoen.
Vertrouwde plek
Na het derde rak komen we langzaam in de wedstrijd. Onder spi winnen we weer enkele plaatsen en op het laatste kruisrak vaart Ben geconcentreerd naar de finish en verlies ik geen moment de zeilen uit het ook. Nekpijn krijg ik ervan, maar ik trim tot op de schootvezel nauwkeurig. Het lijkt te werken. Fram loopt bijna zes knopen en we halen de Job nog in en lopen in op die Noorse Volksboot. Jammer genoeg is de baan te kort om nog echt meters te maken. We gaan als elfde over de streep en eindigen weer op die vertrouwde dertiende plaats.
After sail
Als de zeilen eenmaal netjes onder huiken en in zeiltassen zitten, komt het Schipperbitter op tafel en worden de problemen des levens besproken. Ook bespreken we de economische crisis en de aanstaande verkiezingen. Paul ontpopt zich als een Maarten van Rossum en blikt sceptisch vooruit. Er wordt gelachen en wonderlijk genoeg geen wordt gerept over de wedstrijd. Misschien omdat we het allemaal wel weten; we zijn dit seizoen geen moer opgeschoten. De targets zijn niet gehaald en even speel ik met de gedachte om volgend jaar niet mee te doen. Tenminste, niet met Fram. Laten we allemaal stage lopen op een ander schip. Eentje op de Windrose, eentje op Roxane, eentje bij de Spoom, al was het maar voor de extra ballast ;-).
De andere kant
Aan de andere kant is daar het vurige verlangen om ‘gewoon’ met Fram hoger te eindigen. We hebben niet de beste crew en zeker niet de meeste wedstrijdervaring, maar er is wel een hecht team ontstaan dat elke woensdag na de finish weer uitkijkt naar de woensdag daarop. Dus ondanks de domper kijken we monter uit naar de Hennie Hoenselaar Cup volgende week; de afkickwedstrijd voor de Naardse woensdagavondzeilers.
Crew: René, Paul, Ben en Floris
Wind: 6-12 knopen (NNW)
Baan: 15
Finish: 13e (vd 15)
Oh, en dan vergeet ik bijna Leo Loman met zijn Spoom, Jan Hesselink en zijn Knoet en Rien Beekes met Geusje te feliciteren. Ook de winnaars in de andere klassen Henk Everwijn met zijn J-80 'Elfje' en Alan Rijks met zijn Draak 'Dragon Fly' gefeliciteerd! Hier vind je alle uitslagen.
Start
In de oefenslagen voor de start loopt het niet lekker aan boord. Lierhandels worden er niet op tijd afgehaald en de lieren worden niet op tijd belegd. Gelukkig zijn we nog aan het oefenen. Voor de start neem ik het roer over van Ben en helpt Paul mij de boot naar de startlijn te loodsen. Dit bleek al meerdere malen een succesvolle combinatie en vanavond zijn we erop gebrand om onze startprocedure nog eens foutloos uit te voeren.
Roet in het eten
Helaas gooit Wim Nierman met Team Windrose roet in het heten. Vlak voor de startlijn stuurt hij de Windrose onder een voorliggende boot door en snijdt ons af. Eigenlijk had ik protest moeten roepen. Loef wijkt immers voor lij, maar het is TW en we hebben eigenlijk niets meer te winnen dit seizoen. Dus varen we door. Onze start is wel naar de haaien want we liggen nu zij-aan-zij aan de lijzijde van TW. Wim zegt dat ik moet afvallen, want dan kunnen we allebei sneller uit de luwte van het bovenliggende veld. Ja leuk Wim, maar als jij mij niet afsnijdt had ik nu daar 150m verder voor gelegen in de vrije wind.
Ongeluksgetal
Als we dan voor de eerste boei ook nog op ramkoers met de Seven liggen, wil ik van geen wijken weten. Wij liggen op de layline over stuur (sterker nog, we liggen er ietsje boven) en de Seven komt over bak aan. Hij heeft voorrang, maar ik gok erop dat hij gaat klappen op de layline. Waarom zou hij verder varen als dat niet nodig is. Of gaat hij echt schippertje pesten? Ik laat het op een last-second-decision aankomen, maar vergeet de crew hierin mee te nemen. Er ontstaat paniek bij hen, terwijl ik op een meter voor de Seven mee tack. Fram moet kort twee keer achter elkaar tacken en we liggen weer bijna stil. Een olietanker komt nog sneller opgang en we verliezen enkele plaatsen. We gaan als een-na-laatste om de eerste ton en onze winnaarsmentaliteit wordt weer op de proef gesteld.
Communiceren
Na mijn actie ontstaat discussie aan boord en ik bied mijn verontschuldiging aan voor het niet-communiceren. De Seven wilde ons blijkbaar dwarsbomen. Prima, dan weten we dat voor volgend seizoen.
Vertrouwde plek
Na het derde rak komen we langzaam in de wedstrijd. Onder spi winnen we weer enkele plaatsen en op het laatste kruisrak vaart Ben geconcentreerd naar de finish en verlies ik geen moment de zeilen uit het ook. Nekpijn krijg ik ervan, maar ik trim tot op de schootvezel nauwkeurig. Het lijkt te werken. Fram loopt bijna zes knopen en we halen de Job nog in en lopen in op die Noorse Volksboot. Jammer genoeg is de baan te kort om nog echt meters te maken. We gaan als elfde over de streep en eindigen weer op die vertrouwde dertiende plaats.
After sail
Als de zeilen eenmaal netjes onder huiken en in zeiltassen zitten, komt het Schipperbitter op tafel en worden de problemen des levens besproken. Ook bespreken we de economische crisis en de aanstaande verkiezingen. Paul ontpopt zich als een Maarten van Rossum en blikt sceptisch vooruit. Er wordt gelachen en wonderlijk genoeg geen wordt gerept over de wedstrijd. Misschien omdat we het allemaal wel weten; we zijn dit seizoen geen moer opgeschoten. De targets zijn niet gehaald en even speel ik met de gedachte om volgend jaar niet mee te doen. Tenminste, niet met Fram. Laten we allemaal stage lopen op een ander schip. Eentje op de Windrose, eentje op Roxane, eentje bij de Spoom, al was het maar voor de extra ballast ;-).
De andere kant
Aan de andere kant is daar het vurige verlangen om ‘gewoon’ met Fram hoger te eindigen. We hebben niet de beste crew en zeker niet de meeste wedstrijdervaring, maar er is wel een hecht team ontstaan dat elke woensdag na de finish weer uitkijkt naar de woensdag daarop. Dus ondanks de domper kijken we monter uit naar de Hennie Hoenselaar Cup volgende week; de afkickwedstrijd voor de Naardse woensdagavondzeilers.
Crew: René, Paul, Ben en Floris
Wind: 6-12 knopen (NNW)
Baan: 15
Finish: 13e (vd 15)
Oh, en dan vergeet ik bijna Leo Loman met zijn Spoom, Jan Hesselink en zijn Knoet en Rien Beekes met Geusje te feliciteren. Ook de winnaars in de andere klassen Henk Everwijn met zijn J-80 'Elfje' en Alan Rijks met zijn Draak 'Dragon Fly' gefeliciteerd! Hier vind je alle uitslagen.
dinsdag 4 september 2012
Alle avonturen uit augustus
Het is inmiddels vier weken geleden dat ik schreef over de droomstart van Team Fram tijdens de wedstrijd van 25 juli. Vakantie, een huwelijk waar ik getuige en ceremoniemeester was en onvoorstelbare drukke werkweken zorgden voor een fysiek writers block. Hoog tijd om de spreekwoordelijke pen weer op te pakken en te schrijven over de avonturen van Team Fram.
De wedstrijd van 15 augustus
In de eerste wedstrijd na mijn vakantie werden we getrakteerd op een zuidoostenwind van 6 knopen. Alle Naardse competitiezeilers weten dat je dan voordewind start. Dus hijsen wij vlak voor het startsignaal de spi. Precies op dat moment gaat ook de wet van Murphy van kracht.
Schouders eronder
Onze vaste voordekker Rene is nog op vakantie dus ben ik weer eens voordekker. Terwijl Hennie enkele Newtons uit zijn triceps perst om de spival te hijsen, zie ik tot mijn schrik dat er alleen een val omhoog gaat en geen spi. ‘STOP!!!’, roep ik en ik zie de opengeklapte snapshackle halverwege de mast bungelen. In een atletische poging probeer ik het gladde aluminium van de mast te bestijgen, maar kom niet verder dan drie meter. ‘Ik word oud’, concludeer ik. Hennie ziet mijn gestuntel, komt naar voren en zegt met een geruststellende stem: ‘Stap maar op mijn schouder’. ‘Weet je het zeker? Ik weeg 85 kilo!’, waarschuw ik hem, maar de blik in zijn ogen zegt ‘stap nou maar op mijn schouder’.
Acrobaten
In een bliksemsnelle Cirque du Soleil-act grijp ik het val en trek ik ‘m terug naar het dek. De borgring van de snapshackle is verdwenen waardoor de hele sluitpen uit de haak is gevallen. Domme pech. Inmiddels zijn we te dicht bij de boei om nog te spinakeren en vouw ik de spi benedendeks weer in.
Onheil
Het tweede spinakerrak gaat ook niet goed. De spi schiet los en vliegert voor ons uit. We moeten ‘m achterna varen, maar dat betekent het wier in. Gelukkig gaat het derde spinakerrak wel goed. Nou, bijna dan. De onheilspellende lucht ligt al de hele wedstrijd op de loer. Stilletjes zeilen we eraan voorbij, zoals je langs die valse hond sluipt die doet alsof hij slaapt. Maar de hond wordt wakker en onheil daalt op ons neer. De wet van Murphy is nog steeds van kracht.
Een onmogelijke taak
In luttele seconden draait de wind 180 graden en neemt ze toe tot een kleine 30 knopen. Altijd lullig als je 60 vierkante meter lichtweerzeil op hebt staan. Murphy met zijn gekke wet zorgt er ook nog voor dat de lijschoot losschiet, waardoor we de spi aan loef moeten binnenhalen. Vrijwel onmogelijk in dit weer, maar het lukt ons.
Volgend probleem
Gelukkig dient een volgend probleem zich aan als de spi veilig binnen is. Onze genua 1 mag tot vier bft gevaren worden, daarna is de kans groot dat hij scheurt. En met vlagen van bijna 30 knopen hoeven we niet lang te wachten tot de eerste rafels zichtbaar worden. Ik probeer het zeil op te rollen, maar er zit te weinig reeflijn op de rol. Het laatste stuk moet handmatig. Ik gooi de schoot los en wikkel de laatste vierkante meters om de voorstag. Een pittige klus. De wind trekt aan de ene kant van het zeil en ik aan de andere, terwijl de boot onder helling op de golven deinst. Het is spektakel en jammer genoeg heb ik de GoPro thuisgelaten. Het lukt me om het zeil op te rollen en het klapperen houdt op, maar de wind drukt ons nog steeds plat.
Staken
Paul had voor de wedstrijd zijn (terechte) angst voor dit weertype uitgesproken. Ik heb het in de dodelijke storm van 7 juni 1997 mogen meemaken op het IJsselmeer. Een mooie ervaring achteraf, maar tijdens was het geen pretje. Hoewel deze storm geen orkaankracht kende besloot ik geen grenzen meer te verkennen en kozen we vrijwillig voor een DNF’je achter ons naam. We startten de motor, waarmee duidelijk werd dat we nog steeds in de problemen zaten. De motor liep, maar gaf niet genoeg power om ons tegen de wind in naar de haven te stuwen. Dat klote fonteinkruid had onze schroef in de mangel en ik zette de marifoon vast aan. Pas na meerdere rondjes voor en achteruit sneden de bladen van de vaanstandschroef het wier los. Inmiddels was de storm afgenomen naar een matige 6 beaufort en konden we relatief eenvoudig naar de haven varen. Ondanks alle pech wisten we met de hele crew de schade te beperken tot één kapotte snapshackle.
To sail or not to sail
De call om de wedstrijd te staken was dubieus. Achteraf hadden we ‘m prima uit kunnen zeilen, maar dat is achteraf. Soms kies je voor de iets veiligere route. Zeker met de kennis van vorig jaar, waar ik de crew in windkracht zes met vol zeil en spi op hartkloppingen trakteerde. Plotseling hoor ik Paul Simon en Art Garfunkel zingen: “August, die she must!”
De wedstrijd van 22 augustus
Yes, de wind kwam deze keer iets westelijker dan zuidwest binnen en tot onze vreugde koos het startschip voor baan 13. U weet wel, die baan met dat lange spi rak door de vaargeul. Ben maakte plaats voor Lodewijk en Rene was weer terug op het voordek. Samen met Hennie en ondergetekende was de crew compleet. We startten redelijk, maar dat deed iedereen, waardoor we toch 11e lagen op het eerste rak. Toen de 16 knopen wind de spi vulde op het ruimwindse rak, klommen we op naar een vierde plaats. De Knoet die met fok te loevert voer, was kansloos tegen onze reachende spi. Hij kon door de boom op zijn fok te loevert niet ver genoeg oploeven waardoor we eenvoudig over hem heen stoven. In de loefactie tikt ons log even de acht knopen aan. Heerlijk! Daarna proberen we over de Spoom te komen. Ik instrueer Hennie dat ik ga reachen, maar zeg tegelijkertijd dat hij ons waarschijnlijk niet over hem heen laten gaan. Dus als hij even niet kijkt, sturen we Fram onder hem door. Het gaat precies zoals ik had verwacht. Wederom een leuke actie. Na de benedenwindse boei ligt het kruisrak voor ons. Hier verliezen we vijf plaatsen waardoor we uiteindelijk als negende over de streep gaan en na handicap als 13e eindigen.
Complimenten
Lodewijk die al een tijdje niet meer bij ons aan boord was geweest gaf ons complimenten voor de boothandeling. De crew was merkbaar verbeterd zei hij. Maar toch weer een 13e plek... We worden er gek van. Hij stak een hart onder onze riem en zei dat de uitslagen niet kloppen met deze ervaren crew. Natuurlijk is er nog winst te behalen in de boot en is de crew nog jong, maar de grootste stappen zijn al gemaakt. Een leuk compliment van iemand die in internationale Vega-wedstrijden steeds vaker het podium betreedt.
De wedstrijd van 29 augustus
De laatste wedstrijd van augustus was wederom een bijzondere. We maken een paar oefenstarts voor de eigenlijke start en komen telkens goed uit. D.w.z. binnen enkele seconden na het startsignaal. De halfwindse start lijkt goed te gaan, maar als de generale repetities plaatsmaken voor de slotuitvoering gaat het mis. De wind zakt helemaal in. De spinakerzeilen hangen er troosteloos bij en kijken met gebogen hoofd naar hun spiegelbeeld in het wateroppervlak.
Experimenteren
We houden de schoothoek van de spi met de hand vast waardoor het gewicht van de spi-schoot het zeil niet continu dichttrekt. Het helpt af en toe. Ben reageert enthousiast als het log 0,75 knoop aantikt. Ik zie dat we harder gaan dan de J-80s aan onze lijzijde en we maken er een feestje van. Na een kwartier trekt de wind iets aan en kunnen we al gijpend met de spi de eerste boei ronden. De wind is nog steeds kansloos dus besluiten we te experimenteren en kruisen de wind af. Of het sneller is weten we niet zeker, maar we varen tenminste. Als de wind verder aantrekt vallen we weer af naar voordewind en lopen we in rap tempo in op de kopgroep.
Grijnzen
De wind steekt verder op en wordt uiteindelijk een dikke drie beaufort met af en toe een vlaagje vier. Heerlijk. Doordat de wind meer west dan zuidwest is klopt de baan niet meer en is het kruisrak een in-een-keer-bezeild-aandewinds-rak geworden. We eindigen in het donker. Op enkele toplichten na zijn het de witte tanden achter onze grijnzen die oplichten. We hebben heerlijk gezeild.
Nood breekt wet
Als we terug naar de haven zeilen zie ik iets donkers voor de Hollandse brug liggen. Ligt daar nou een ponton? Oh nee, het is een binnenvaartschip dat voor anker ligt… Tenminste, hij moet wel voor anker liggen, want hij voert geen verlichting. ‘Gek’, denk ik bij mezelf. Ook als hij voor anker ligt, zou ik iets van verlichting moeten zien. Dan zie ik dat hij dichterbij komt. De kloothommel vaart gewoon zonder verlichting met een schip van 80 ton! ‘Geef me een zaklamp en zet de marifoon aan!’, roep ik. Met lichtseinen probeer ik de schipper te bereiken. Ik roep naar hem, maar hij hoort ons niet. Correctie: hij wil ons niet horen. Dan pak ik de marifoon en roep Centrale Meldpost IJsselmeer op. Ik heb geen marifoonbewijs, maar ‘nood breekt wet’, dus jammer dat we geen Atis hebben. Grappig genoeg wordt daar ook geen probleem van gemaakt. Ik vertel ‘m dat er een onverlicht binnenvaartschip op het Gooimeer vaart. Ogenblikkelijk na de melding hoor ik de melding op kanaal 1. Persoonlijk vind ik dat die schipper geblinddoekt de shipping lane op de Noordzee moet overzwemmen, maar dat terzijde.
Gevoel
We eindigen weer op een elfde plek. Gezien de omstandigheden niet slecht. Maar dat knagende gevoel blijft. Het gevoel dat we toch af en toe hoger zouden moeten kunnen eindigen.
Wordt vervolgd.
Team Fram
donderdag 2 augustus 2012
Een droomstart
Al weken focussen we ons op de startprocedure. Het gaat steeds beter. We nemen meer risico en dat lijkt zijn vruchten af te werpen. Waar we tot begin dit seizoen vaak tientallen seconden of soms enkele minuten te laat over de startlijn gingen, lukt het ons nu steeds vaker om binnen de echo van het startschot de startlijn te doorklieven. Maar zo goed als we afgelopen woensdag startten, zijn we nog nooit gestart. Ja, we hadden het voordeel dat een aantal schepen ‘op vakantie’ was, maar met uitzondering van Team Windrose was de top 10 aanwezig.
De perfecte zomeravond
De wind zou volgens de knappe koppen van Windguru inzakken, maar bleef voor de verandering een keer staan. De 11 knopen is genoeg voor vier dikke grijnzen aan boord van Fram. In combinatie met een warm zonnetje was het de perfecte zomeravond. Die nog beter werd door onze fantastische start. Ik wil niet arrogant klinken, maar hij was fantastisch.
Gaan we niet te hard?
Hoewel we verwachtten dat het dringen zou worden bij de bovenboei, hadden we de meeste schepen al voor de startlijn gepasseerd. Met nog dertig seconden tot het startsignaal trekken we alle zeilen aan en loopt het log op tot vijf knopen. We stormen op de startlijn aan. Nog twintig seconden… Gaan we niet te hard?
Dood of gladiolen?
Aan lij ligt de Roxane met klapperende zeilen en boven ons alleen het startschip. Als we te vroeg zijn kan ik niet meer vallen of loeven. Het wordt een typisch gevalletje ‘de dood of de gladiolen’. Ik vraag Ben af te tellen en ik zie dat het aankomt op een seconde, misschien twee.
Duiveltjes
‘Spanning’ zit als een duiveltje op mijn schouder. Het engeltje lijkt even verdwenen. Het maakt niet uit, ‘spanning’ is een erg verslavend duiveltje en ik mag ‘m wel. Vlak voor de startlijn meldt het engeltje zich en vraagt twijfelachtig: “Zijn we niet te vroeg?”. “Nee!”, snauwt het duiveltje en Paul schaart zich achter de duivel.
V One
Ik geloof dat het in de luchtvaart ‘V One’ heet. Dan maakt de kist een snelheid waarbij hij niets anders kan dan doorgaan en opstijgen. Afremmen is geen optie meer (je mag me corrigeren meneer Everwijn). Tweeëneenhalve scheeplengte voor de startlijn hadden wij een gevalletje V1. We konden de zeilen losgooien, maar dat zou niet genoeg remmen, oploeven zou een harde kennismaking betekenen met het startschip en afvallen zou een onvermijdelijk bezoekje bij Roxane met zich brengen. Kortom, dit was the point of no return. En net als het engeltje hysterisch begint te gillen klinkt het verlossende geluid van de schorre scheepstoeter van het startschip.
Vereeuwigd
We varen als eerste over de startlijn. En op volle vaart. Het is dan extra fijn dat er een iemand met een dikke Canon op het startschip staat die deze fabuleuze start vereeuwigd op de gevoelige chip, waarvoor dank.
Schippertje pesten
De eerste overwinning van de wedstrijd is binnen. Jammer genoeg blijft het ook daarbij. Sander valt iets af en de Roxane loopt ons er direct uit. We moeten kruisen naar de bovenboei en kunnen zelf bepalen wanneer we een slag maken. We kienen het zo uit dat enkele concurrenten nog voor ons moeten wijken waarna we zelf de slag maken. Noem het ‘schippertje pesten’, wij noemen het tactiek.
Snelle jongens
Helaas lopen we niet zo lekker op het tweede rak. Of liever gezegd, er zijn andere schepen die harder lopen, waaronder de Roxane, Liberty-X, Geusje, Morning Cloud en natuurlijk de Spoom. Hierdoor ronden we de derde boei als zesde.
Finish
We zijn fantastisch gestart, hebben de spi van boei tot boei gezeild en hebben tussendoor heerlijk aan de wind gezeild. Kortom we hebben goed gezeild en geen grote fouten gemaakt. Maar als de Vega en Clara ons voor de finish nog passeren terwijl ze geen spi hebben gevaren lijkt de realiteit ons tegen te spreken en rijst de aloude vraag: What did we do wrong?
Crew: Hennie, Paul, Ben en Floris
Wind: 11-7 knopen (NNO)
Baan: 1
Finish: 11e (vd 14)
De perfecte zomeravond
De wind zou volgens de knappe koppen van Windguru inzakken, maar bleef voor de verandering een keer staan. De 11 knopen is genoeg voor vier dikke grijnzen aan boord van Fram. In combinatie met een warm zonnetje was het de perfecte zomeravond. Die nog beter werd door onze fantastische start. Ik wil niet arrogant klinken, maar hij was fantastisch.
Gaan we niet te hard?
Hoewel we verwachtten dat het dringen zou worden bij de bovenboei, hadden we de meeste schepen al voor de startlijn gepasseerd. Met nog dertig seconden tot het startsignaal trekken we alle zeilen aan en loopt het log op tot vijf knopen. We stormen op de startlijn aan. Nog twintig seconden… Gaan we niet te hard?
Dood of gladiolen?
Aan lij ligt de Roxane met klapperende zeilen en boven ons alleen het startschip. Als we te vroeg zijn kan ik niet meer vallen of loeven. Het wordt een typisch gevalletje ‘de dood of de gladiolen’. Ik vraag Ben af te tellen en ik zie dat het aankomt op een seconde, misschien twee.
Duiveltjes
‘Spanning’ zit als een duiveltje op mijn schouder. Het engeltje lijkt even verdwenen. Het maakt niet uit, ‘spanning’ is een erg verslavend duiveltje en ik mag ‘m wel. Vlak voor de startlijn meldt het engeltje zich en vraagt twijfelachtig: “Zijn we niet te vroeg?”. “Nee!”, snauwt het duiveltje en Paul schaart zich achter de duivel.
V One
Ik geloof dat het in de luchtvaart ‘V One’ heet. Dan maakt de kist een snelheid waarbij hij niets anders kan dan doorgaan en opstijgen. Afremmen is geen optie meer (je mag me corrigeren meneer Everwijn). Tweeëneenhalve scheeplengte voor de startlijn hadden wij een gevalletje V1. We konden de zeilen losgooien, maar dat zou niet genoeg remmen, oploeven zou een harde kennismaking betekenen met het startschip en afvallen zou een onvermijdelijk bezoekje bij Roxane met zich brengen. Kortom, dit was the point of no return. En net als het engeltje hysterisch begint te gillen klinkt het verlossende geluid van de schorre scheepstoeter van het startschip.
Vereeuwigd
We varen als eerste over de startlijn. En op volle vaart. Het is dan extra fijn dat er een iemand met een dikke Canon op het startschip staat die deze fabuleuze start vereeuwigd op de gevoelige chip, waarvoor dank.
Schippertje pesten
De eerste overwinning van de wedstrijd is binnen. Jammer genoeg blijft het ook daarbij. Sander valt iets af en de Roxane loopt ons er direct uit. We moeten kruisen naar de bovenboei en kunnen zelf bepalen wanneer we een slag maken. We kienen het zo uit dat enkele concurrenten nog voor ons moeten wijken waarna we zelf de slag maken. Noem het ‘schippertje pesten’, wij noemen het tactiek.
Snelle jongens
Helaas lopen we niet zo lekker op het tweede rak. Of liever gezegd, er zijn andere schepen die harder lopen, waaronder de Roxane, Liberty-X, Geusje, Morning Cloud en natuurlijk de Spoom. Hierdoor ronden we de derde boei als zesde.
Finish
We zijn fantastisch gestart, hebben de spi van boei tot boei gezeild en hebben tussendoor heerlijk aan de wind gezeild. Kortom we hebben goed gezeild en geen grote fouten gemaakt. Maar als de Vega en Clara ons voor de finish nog passeren terwijl ze geen spi hebben gevaren lijkt de realiteit ons tegen te spreken en rijst de aloude vraag: What did we do wrong?
Crew: Hennie, Paul, Ben en Floris
Wind: 11-7 knopen (NNO)
Baan: 1
Finish: 11e (vd 14)
donderdag 19 juli 2012
Linker rijtje
Tot nu toe leek de zomer zich te beperken tot de woensdagavonden. Want woensdagavond was er eigenlijk altijd wel een zonnetje. Maar ook aan die schitterende zonsondergangen kwam een einde. Een grauwe lucht en een grijs Gooimeer kleurden het strijdtoneel van de wedstrijd van woensdag 18 juli.
Bardienst
Naast 17 andere schepen deed voor de verandering ook de wind eens mee. Op het menu staat 14 tot 23 knopen. Jammer voor Ben die niet meedeed. Hij was – nobel als hij is – ingesprongen bij de bardienst en gaf daar de wedstrijd voor op. In zijn plaats mochten we wederom de lady in red verwelkomen. Marlous zou weer het grootzeil en de piano doen, Rene het voordek, Paul de genua en ik stond aan het roer.
De start
De start was ongelukkig. Met nog anderhalve minuut op de klok wilden we overstag om op tijd bij de startlijn te zijn. Helaas zat de Geusje ons aan de ene kant in de weg en het aanstormende veld aan de andere kant.
Doping
Na de matige start maken we weer wat goed op het eerste spinakerrak. Het is weer die ouderwetse inhaalrace. Als een Olympisch zwemmer op doping ploegt de boeg door de golven. Hard en gewetenloos. Het log doet enthousiast mee en tikt even een kleine zeven knopen aan. We halen vijf boten in en gaan als achtste om de tweede boei. Door de harde wind hebben we weer eens ‘Jenny 2’ opstaan. Dit kleine voorzeil lijkt prima aan de wind, maar mist oppervlakte voor de wind. Als de wind nog verder oplaait, laten we de spi nog even in de tas en varen we met de fok te loevert.
Zwitsers uurwerk
Marlous trimt als vanouds tot het gaatje. Ik mag zeggen ‘als vanouds’ want ook al is dit haar tweede wedstrijd met Team Fram, ze draait mee als een tandwiel in een Zwitsers uurwerk. Paul heeft goed geslapen en zijn slechte grappen grollen over het dek. Vooral René lijkt daar de dupe van. En hij had het al zo zwaar op het voordek.
Rijkswaterstaat
Bij de benedenboei passen we goed op voor het wier. We klappen vrij snel na de B-boei zodat het groene monster geen kans krijgt. Dit nare probleem kostte ons vorige week ongeveer 1,1 knoop snelheid en daarmee ook de wedstrijd. Na de wedstrijd wilde de boot niet lopen op de motor. De waterplanten in de schroef deden het hele schip trillen en de motor sputteren. Even dacht ik toch echt een sleepkabel in de schroef te hebben, maar het was dat fijne uitheemse plantje. Rijkswaterstaat wil hier niks aan doen, maar gevaarlijk lijkt het nu wel te worden. Een sleepje was bijna nodig. Ik heb vorige week al gebeld met Rijkswaterstaat, maar veel gaan ze er niet aan doen. Dus vandaag allemaal even bellen met 0800 8002.
Tips van Juul
Maar goed, terug naar de wedstrijd. We zijn op de helft en pas op de laatste twee downwind rakken zetten we de spi. Het blauw-gele gevaar maakt nog een aantal meters goed, maar staat laat. En als we ‘m dan ook ‘voor de zekerheid’ vroeg naar binnen halen, halen we er niet het optimale uit. Na de wedstrijd krijg ik een tip van de Juul hoe we hier meer uit kunnen halen. Die ga ik natuurlijk niet met jullie delen. Maar nuttig is het zeker.
Finish
Voor de wedstrijd zei Paul dat hij in het linker rijtje wilde eindigen. Een prima streven dat we ook inlossen. We eindigen precies onderaan het linker rijtje, net achter Roxane.
After Sail
We ruimen de boot op. De zeilen zijn zeiknat en gaan mee naar huis. In de kuip vind ik nog een onderdeel van de startklok, die op mysterieuze wijze is verdwenen. Toch nog een kleine schade, maar niet zo groot als de spi tas die vorige week over boord ging. En lang niet zo groot als die total loss-verklaarde inboardmotor in de Albin Vega van mijn vader, die nu al een dikke week net onder Denemarken verwaaid ligt. De motor was nog geen tien jaar oud. Ik zal maar niet tegen hem zeggen dat die Vega gisteren achter ons is geëindigd. Sorry pap, Friendships zijn toch wel sneller. ;-)
Crew: Marlous, Paul, René en Floris
Wind: 14-23 knopen (ZW)
Baan: 11
Finish: 9e (vd 18)
Bardienst
Naast 17 andere schepen deed voor de verandering ook de wind eens mee. Op het menu staat 14 tot 23 knopen. Jammer voor Ben die niet meedeed. Hij was – nobel als hij is – ingesprongen bij de bardienst en gaf daar de wedstrijd voor op. In zijn plaats mochten we wederom de lady in red verwelkomen. Marlous zou weer het grootzeil en de piano doen, Rene het voordek, Paul de genua en ik stond aan het roer.
De start
De start was ongelukkig. Met nog anderhalve minuut op de klok wilden we overstag om op tijd bij de startlijn te zijn. Helaas zat de Geusje ons aan de ene kant in de weg en het aanstormende veld aan de andere kant.
Doping
Na de matige start maken we weer wat goed op het eerste spinakerrak. Het is weer die ouderwetse inhaalrace. Als een Olympisch zwemmer op doping ploegt de boeg door de golven. Hard en gewetenloos. Het log doet enthousiast mee en tikt even een kleine zeven knopen aan. We halen vijf boten in en gaan als achtste om de tweede boei. Door de harde wind hebben we weer eens ‘Jenny 2’ opstaan. Dit kleine voorzeil lijkt prima aan de wind, maar mist oppervlakte voor de wind. Als de wind nog verder oplaait, laten we de spi nog even in de tas en varen we met de fok te loevert.
Zwitsers uurwerk
Marlous trimt als vanouds tot het gaatje. Ik mag zeggen ‘als vanouds’ want ook al is dit haar tweede wedstrijd met Team Fram, ze draait mee als een tandwiel in een Zwitsers uurwerk. Paul heeft goed geslapen en zijn slechte grappen grollen over het dek. Vooral René lijkt daar de dupe van. En hij had het al zo zwaar op het voordek.
Rijkswaterstaat
Bij de benedenboei passen we goed op voor het wier. We klappen vrij snel na de B-boei zodat het groene monster geen kans krijgt. Dit nare probleem kostte ons vorige week ongeveer 1,1 knoop snelheid en daarmee ook de wedstrijd. Na de wedstrijd wilde de boot niet lopen op de motor. De waterplanten in de schroef deden het hele schip trillen en de motor sputteren. Even dacht ik toch echt een sleepkabel in de schroef te hebben, maar het was dat fijne uitheemse plantje. Rijkswaterstaat wil hier niks aan doen, maar gevaarlijk lijkt het nu wel te worden. Een sleepje was bijna nodig. Ik heb vorige week al gebeld met Rijkswaterstaat, maar veel gaan ze er niet aan doen. Dus vandaag allemaal even bellen met 0800 8002.
Tips van Juul
Maar goed, terug naar de wedstrijd. We zijn op de helft en pas op de laatste twee downwind rakken zetten we de spi. Het blauw-gele gevaar maakt nog een aantal meters goed, maar staat laat. En als we ‘m dan ook ‘voor de zekerheid’ vroeg naar binnen halen, halen we er niet het optimale uit. Na de wedstrijd krijg ik een tip van de Juul hoe we hier meer uit kunnen halen. Die ga ik natuurlijk niet met jullie delen. Maar nuttig is het zeker.
Finish
Voor de wedstrijd zei Paul dat hij in het linker rijtje wilde eindigen. Een prima streven dat we ook inlossen. We eindigen precies onderaan het linker rijtje, net achter Roxane.
After Sail
We ruimen de boot op. De zeilen zijn zeiknat en gaan mee naar huis. In de kuip vind ik nog een onderdeel van de startklok, die op mysterieuze wijze is verdwenen. Toch nog een kleine schade, maar niet zo groot als de spi tas die vorige week over boord ging. En lang niet zo groot als die total loss-verklaarde inboardmotor in de Albin Vega van mijn vader, die nu al een dikke week net onder Denemarken verwaaid ligt. De motor was nog geen tien jaar oud. Ik zal maar niet tegen hem zeggen dat die Vega gisteren achter ons is geëindigd. Sorry pap, Friendships zijn toch wel sneller. ;-)
Crew: Marlous, Paul, René en Floris
Wind: 14-23 knopen (ZW)
Baan: 11
Finish: 9e (vd 18)
maandag 16 juli 2012
Gezekerd of niet gezekerd
Velen kennen haar al maar voor ons was het de eerste keer dat we haar aan boord mochten verwelkomen; de lady in red.
Natuurlijk heb ik het over Marlous Janssen en haar rode zeilpak en dito Puma zeillaarzen. Bert Piels had ons al een keer getipt en vertelde en passant dat een vrouw aan boord goed is voor de sfeer. Nu vind ik het met Bert lastig in te schatten wat voor ‘goede sfeer’ hij bedoelt met vrouwen aan boord, maar na deze wedstrijd begrepen we elkaar.
Taakverdeling
Marlous zou grootzeil en toetsen doen, Ben het roer, Paul de genua en ik het voordek. De rolfreef is nog steeds stuk, dus hopelijk konden we de genua laten staan op de spi-rakken.
Start
We startten halve wind en wederom niet slecht. Het kon iets beter, maar er is geen reden tot klagen. Na de eerste boei gooien we de spi erop en lopen lekker door tot een vijfde plek. Ik bemoei me in de kuip met het spinakeren en de taakverdeling verwaterd. Mijn fout. En als ik later ook nog het roer overneem zie ik opeens Marlous alle zeilen trimmen terwijl Paul heerlijk in het gangboord naar de horizon tuurt en Ben probeert te ‘grinden’ zover zijn schouderblessure het toelaat. En dat was niet ver.
Indruk
De sfeer aan boord was goed. Hoewel we iets minder uitgelaten en jolig waren dan normaal. Dit kwam doordat Paul slechts drie uur slaap had gehad en zijn slechte woordgrappen (die eigenlijk heel goed zijn) thuis had gelaten. Maar we waren vooral stil omdat we alle drie onder de indruk waren van Marlous. Door de windvlaagwaarschuwingen heen klonk een flinke dosis wedstrijdervaring. Daarnaast heeft zij die mooie Puma laarzen. Ook dat maakte indruk.
Onzeker
Over indruk maken gesproken. Dat wilden wij ook wel. Zeker als er een gast aan boord stapt, willen wij wel even laten zien wat we kunnen. Maar deze avond verliep rommelig aan boord. Laat ik voor mijzelf spreken; ik was niet bij de les, ik trimde niet tot het gaatje, ik nam meerdere taken op mij en vergat tot overmaat van ramp de mooie Blue Performance spi launching bag te zekeren. Dag tas, dag honderdvijftien euro.
Zeker
Gelukkig was onze nieuwe achterstagspanner wel gezekerd. Want even daarvoor hoorden we een niet-te-plaatsen ‘pang’. Een minuut later viel me pas op dat de mast aan de 6mm borglijn van de achterstagspanner zat te trekken. Whoeeehaaa. Was ik even blij dat ik tegen Ben en Bert had gezegd dat ik een extra borglijntje wilde. Ik voelde me gewoon niet senang bij de gedachte van een grootschootblok op de achterstag. En nu bleek waarom.
Balen
Als de Atlantis ons op meters voor de finish nog passeert zinkt de moed mij even in de schoenen. Ik baal enorm van die tas. Ik baal ook van het kapotte schootblok van de achterstagspanner, hoewel dat slechts tientjes werk is. Ik baal dat we niet zo scherp waren als normaal. En ik baal van die flitser op de Veendijk bij Loosdrecht. Het heeft niks met de wedstrijd te maken, maar kost wel 75 euro.
Lichtpuntje
Maar dan zie ik het lichtpuntje. Een rood lichtpuntje. Het is Marlous die vrolijk en consequent door blijft trimmen. En Paul die ondanks zijn slaapgebrek en nieuwe baan weer aan boord is gestapt. En Ben die met een pittige schouderblessure de pijn zo af en toe verbijt en mij geruststelt dat hij wel het nodige shopwerk op zich zal nemen, zodat we volgende week woensdag weer in optima forma aan de start kunnen verschijnen. Als vrijdag Bert ook nog belt dat ze bij Boei 26 wel een nieuwe tas voor woensdag kunnen leveren, lijkt de zon niet meer achter de wolken te schijnen, maar is het strak blauw.
Crew: Marlous, Paul, Ben en Floris
Wind: 8-16 knopen (ZW)
Baan: 11
Finish: ?
donderdag 5 juli 2012
Een bitter zwoele zomeravond
De wedstrijd begon met een achterstand. De rolgenua die vorige week besloot niet meer te willen rollen is na een vier uur durende operatie kundig verwijderd door zeil- en tuigage chirurg Aat Kool. De gehandicapte rolreefinstallatie bestaat nu uit een profiel zonder trommel. Het voordeel; we kunnen gewoon de genua hijsen. Het nadeel; inrollen kan niet aangezien de trommel met een postzegel naar Frankrijk is gestuurd om daar door de knappe koppen van Profurl vakkundig nagekeken te worden. Ons vermoeden bleek waar; de rolreefinstallatie heeft een Franse slag.
Crew
Toen ik aan boord stapte bleek al direct de tweede achterstand. Sjors, de zelfgekroonde meestertrimmer had zich afgemeld. Gelukkig staat de harde kern paraat en kunnen we met Hennie en Ben de wedstrijd tot een goed einde brengen. Tenminste dat dachten we toen nog.
Rosé
Het weer was prachtig. Prachtig in de zin van ‘lekker met je sloepje over het Gooimeer tuffen zonder ook maar één druppel Rosé te hoeven morsen’. Want golven stonden er niet en dat is meestal het teken dat de wind ook niet aanwezig is. Nog een achterstand. Of laat ik positief blijven, een uitdaging.
Start
Met het laffe zuchtje uit Zuidoostelijke richting werd het een voordewindse start. Iets wat niet vaak voorkomt, maar wel een nieuwe dimensie geeft aan de startprocedure. De spinaker kunnen we nu wel gebruiken, maar omdat we de genua niet kunnen inrollen wordt het een hele uitdaging het beetje wind richting het spinakerdoek te trimmen. Maar nu loop ik op de zaken vooruit, eerst zouden we nog een andere uitdaging krijgen, namelijk Wim Nierman als gastschipper op de Knoet.
Protest
Terwijl de Knoet langs de startlijn omhoog kruipt ontstaat er bij de hoge boei een interessante case. Drie boten, waaronder wij moeten uitwijken voor de knoet (loef lij), maar hebben geen mogelijkheid doordat de laatste boot aan loef zijn schip niet tegen de startboei wil parkeren. Gezamenlijk drukken we de Knoet vroegtijdig over de startlijn. Het is nog niet gebeurd of Wim’s stem klinkt kordaat over het vlakke water. In zijn protest vallen de namen van Joli Coeur en Fram. Is de race nu al over?
43 seconden voor de start draaien wij achter de Atlantis langs. Rechts voor ons komen de Joli Coeur en de Knoet aan.
Estafette
Niet bepaald, want zoals gezegd zat de Atlantis nog boven ons. En een protest is soms net een estafette stokje, die geef je gewoon door aan de volgende. Maar of het zover zou komen moest nog maar blijken.
Vol gas
In een kort overleg besluiten we de spinaker te hijsen ondanks de handicap van de genua die we niet kunnen strijken of inrollen. Het trimmen lukt aardig, maar we liggen helemaal verkeerd in het veld. We proberen nog even onder de Joli Coeur door te sturen maar de wind is te zwak. Dan maar inhouden en er vol gas overheen. Vol gas is overigens 2,8 knopen.
De J'tjes vechten die avond hun eigen strijd waar wij wel even de dupe van zijn.
Nog nooit eerder
We sturen toch nog als achtste om de eerste boei, maar bij de tweede boei bouwt de achterstand op. Als we ons klaar maken voor het tweede downwind rak komen we Sander tegen die - ja u leest dit goed - Bert Piels aan boord heeft. Een unieke gebeurtenis die natuurlijk vastgelegd had moeten worden. Sander ligt fysiek achter ons, maar dat komt slechts omdat hij ons bijna een rondje ingehaald heeft. Als we na een kwartier bij de bovenboei zijn, doen we iets wat we nog nooit eerder hebben gedaan. We geven op.
We varen achter Sander en Bert(!) aan naar de finish.
Correct
We besluiten terug te varen naar de haven. We moeten nog een up- en downwind rak maar dat kost ons 40 minuten. Daarna nog naar de finish kost ook een kleine tien minuten. Met slechts nog 30 minuten voor een reglementaire finish houden we onszelf niet langer voor de gek. We varen achter Sander en Bert aan richting de finish. ‘Zullen we niks tegen het startschip zeggen’ grappen we even naar elkaar, maar correct als we zijn, geven we direct aan dat ze een DNF’je achter onze naam mogen zetten.
Bitter
In onze achteruitkijkspiegel zien we de Atlantis en de Gipsy ook richting de finish varen. Ook zij geven er de brui aan. Of denken ze dat ze al mogen finishen? Terug in de haven blijkt de helft niet gefinisht. Jammer dat het startschip niet anticipeerde, het kost ons de wedstrijd. Natuurlijk is er na al deze tegenslagen, achterstanden en uitdagingen ook een lichtpuntje. Hennie is namelijk jarig. Hij is jarig en besluit niet 30 man uit te nodigen op een BBQ in de achtertuin en bier te drinken tot de sterrenhemel zich vanzelf vermenigvuldigt, nee, hij gaat met ons mee. Dat is pas commitment. Zo zien we dat graag. Natuurlijk hebben we ergens tussen de A en C boei luidkeels voor hem gezongen en mag hij na de wedstrijd een toepasselijk cadeautje in ontvangst nemen: Schipperbitter. Want bitter was het!
Crew: Paul, Ben & Floris
Wind: 4-8 knopen (ZW)
Baan: 7
Finish: DNF
Crew
Toen ik aan boord stapte bleek al direct de tweede achterstand. Sjors, de zelfgekroonde meestertrimmer had zich afgemeld. Gelukkig staat de harde kern paraat en kunnen we met Hennie en Ben de wedstrijd tot een goed einde brengen. Tenminste dat dachten we toen nog.
Rosé
Het weer was prachtig. Prachtig in de zin van ‘lekker met je sloepje over het Gooimeer tuffen zonder ook maar één druppel Rosé te hoeven morsen’. Want golven stonden er niet en dat is meestal het teken dat de wind ook niet aanwezig is. Nog een achterstand. Of laat ik positief blijven, een uitdaging.
Start
Met het laffe zuchtje uit Zuidoostelijke richting werd het een voordewindse start. Iets wat niet vaak voorkomt, maar wel een nieuwe dimensie geeft aan de startprocedure. De spinaker kunnen we nu wel gebruiken, maar omdat we de genua niet kunnen inrollen wordt het een hele uitdaging het beetje wind richting het spinakerdoek te trimmen. Maar nu loop ik op de zaken vooruit, eerst zouden we nog een andere uitdaging krijgen, namelijk Wim Nierman als gastschipper op de Knoet.
Protest
Terwijl de Knoet langs de startlijn omhoog kruipt ontstaat er bij de hoge boei een interessante case. Drie boten, waaronder wij moeten uitwijken voor de knoet (loef lij), maar hebben geen mogelijkheid doordat de laatste boot aan loef zijn schip niet tegen de startboei wil parkeren. Gezamenlijk drukken we de Knoet vroegtijdig over de startlijn. Het is nog niet gebeurd of Wim’s stem klinkt kordaat over het vlakke water. In zijn protest vallen de namen van Joli Coeur en Fram. Is de race nu al over?
43 seconden voor de start draaien wij achter de Atlantis langs. Rechts voor ons komen de Joli Coeur en de Knoet aan.
Estafette
Niet bepaald, want zoals gezegd zat de Atlantis nog boven ons. En een protest is soms net een estafette stokje, die geef je gewoon door aan de volgende. Maar of het zover zou komen moest nog maar blijken.
Vol gas
In een kort overleg besluiten we de spinaker te hijsen ondanks de handicap van de genua die we niet kunnen strijken of inrollen. Het trimmen lukt aardig, maar we liggen helemaal verkeerd in het veld. We proberen nog even onder de Joli Coeur door te sturen maar de wind is te zwak. Dan maar inhouden en er vol gas overheen. Vol gas is overigens 2,8 knopen.
De J'tjes vechten die avond hun eigen strijd waar wij wel even de dupe van zijn.
Nog nooit eerder
We sturen toch nog als achtste om de eerste boei, maar bij de tweede boei bouwt de achterstand op. Als we ons klaar maken voor het tweede downwind rak komen we Sander tegen die - ja u leest dit goed - Bert Piels aan boord heeft. Een unieke gebeurtenis die natuurlijk vastgelegd had moeten worden. Sander ligt fysiek achter ons, maar dat komt slechts omdat hij ons bijna een rondje ingehaald heeft. Als we na een kwartier bij de bovenboei zijn, doen we iets wat we nog nooit eerder hebben gedaan. We geven op.
We varen achter Sander en Bert(!) aan naar de finish.
Correct
We besluiten terug te varen naar de haven. We moeten nog een up- en downwind rak maar dat kost ons 40 minuten. Daarna nog naar de finish kost ook een kleine tien minuten. Met slechts nog 30 minuten voor een reglementaire finish houden we onszelf niet langer voor de gek. We varen achter Sander en Bert aan richting de finish. ‘Zullen we niks tegen het startschip zeggen’ grappen we even naar elkaar, maar correct als we zijn, geven we direct aan dat ze een DNF’je achter onze naam mogen zetten.
Bitter
In onze achteruitkijkspiegel zien we de Atlantis en de Gipsy ook richting de finish varen. Ook zij geven er de brui aan. Of denken ze dat ze al mogen finishen? Terug in de haven blijkt de helft niet gefinisht. Jammer dat het startschip niet anticipeerde, het kost ons de wedstrijd. Natuurlijk is er na al deze tegenslagen, achterstanden en uitdagingen ook een lichtpuntje. Hennie is namelijk jarig. Hij is jarig en besluit niet 30 man uit te nodigen op een BBQ in de achtertuin en bier te drinken tot de sterrenhemel zich vanzelf vermenigvuldigt, nee, hij gaat met ons mee. Dat is pas commitment. Zo zien we dat graag. Natuurlijk hebben we ergens tussen de A en C boei luidkeels voor hem gezongen en mag hij na de wedstrijd een toepasselijk cadeautje in ontvangst nemen: Schipperbitter. Want bitter was het!
Crew: Paul, Ben & Floris
Wind: 4-8 knopen (ZW)
Baan: 7
Finish: DNF
donderdag 28 juni 2012
Three can do the job
Hennie meldde zich een dag voor de wedstrijd af. Gelukkig had hij dit al eerder in de week gelegd, waardoor het niet als donderslaag bij heldere hemel kwam. Hij wordt dan ook niet vervolgd in het Naarden tribunaal. Dit betekende dat er iemand van de bank speelminuten zou krijgen. Maar kijkend naar de wind (die wederom zeer matig was met 6 knopen) hebben we besloten om de race met z’n drieën te varen.
Kanarie lijntjes
Ben en Bert (van Team Windrose) waren de hele dag in touw geweest om een schootblok tussen de hekstag te zetten en hadden en passant ook even een nieuwe grootschoot gekocht. Het ziet er fantastisch uit en als we nu aan het gele lijntje trekken, kunnen we dus ook de mast trimmen.
Voordekker
Na een lange afwezigheid was onze nummer 1 voordekker René weer present en wedstrijdfit. Door zijn absentie merkten we pas wat een gemis hij is voor het team. Maar goed, genoeg lof over onze voordekker. Samen met Ben vingen we de wedstrijd aan.
Start
Het wordt inmiddels een beetje eentonig, maar ook deze week startten we goed. Ondanks de matige wind gleden wij enkele seconden na het klinken van het startsignaal over de startlijn.
Spinakerrak
De baan bestond uit een up- en downwindrak waardoor we weer eens een ouderwets lang spinnakerrak voor de boeg hadden. We hadden op het spi-rak veel windshifts waardoor het trimmen een bewerkelijke klus was. Zeker nu ik het in mijn eentje deed.Wederom mooie foto's geschoten door de crew van de Knoet.
Zij-aan-zij
De benedenwindse boei rondden we tegelijk met Team Windrose en Roxane. Met minder dan vijf centimeter tussen de boten kun je wel zeggen dat we dit zij-aan-zij deden.
Line honours
Daarna begon het kruisrak waar we aanvankelijk aansluiting hielden met Team Windrose. Dit was voor ons al een klein succesje. Want nogmaals, met weinig wind presteren we gewoon niet goed. Helaas liepen ze halverwege het kruisrak uit en moesten we ons best doen om de Seven en de Atlantis achter ons te houden. Dit lukte maar was puur voor onderlinge line honours want na handicap zouden ze toch wel van ons winnen.
Aftersail
Het was een lekkere wedstrijd, ondanks het matige windje. We hebben goed gepresteerd en voeren tevreden de haven in. Jammer genoeg kreeg de avond nog een domper doordat de rolgenua niet meer ‘rolt’. Het systeem lijkt aan alle kanten te klemmen. Gelukkig hebben we nog garantie en nu maar duimen dat Aat Kool het ding gerepareerd heeft voor volgende week woensdag.
Crew: René, Ben & Floris
Wind: 6-9 knopen (W)
Baan: 13
Finish: 13e (van de 19)
Kanarie lijntjes
Ben en Bert (van Team Windrose) waren de hele dag in touw geweest om een schootblok tussen de hekstag te zetten en hadden en passant ook even een nieuwe grootschoot gekocht. Het ziet er fantastisch uit en als we nu aan het gele lijntje trekken, kunnen we dus ook de mast trimmen.
Voordekker
Na een lange afwezigheid was onze nummer 1 voordekker René weer present en wedstrijdfit. Door zijn absentie merkten we pas wat een gemis hij is voor het team. Maar goed, genoeg lof over onze voordekker. Samen met Ben vingen we de wedstrijd aan.
Start
Het wordt inmiddels een beetje eentonig, maar ook deze week startten we goed. Ondanks de matige wind gleden wij enkele seconden na het klinken van het startsignaal over de startlijn.
Spinakerrak
De baan bestond uit een up- en downwindrak waardoor we weer eens een ouderwets lang spinnakerrak voor de boeg hadden. We hadden op het spi-rak veel windshifts waardoor het trimmen een bewerkelijke klus was. Zeker nu ik het in mijn eentje deed.Wederom mooie foto's geschoten door de crew van de Knoet.
Zij-aan-zij
De benedenwindse boei rondden we tegelijk met Team Windrose en Roxane. Met minder dan vijf centimeter tussen de boten kun je wel zeggen dat we dit zij-aan-zij deden.
Line honours
Daarna begon het kruisrak waar we aanvankelijk aansluiting hielden met Team Windrose. Dit was voor ons al een klein succesje. Want nogmaals, met weinig wind presteren we gewoon niet goed. Helaas liepen ze halverwege het kruisrak uit en moesten we ons best doen om de Seven en de Atlantis achter ons te houden. Dit lukte maar was puur voor onderlinge line honours want na handicap zouden ze toch wel van ons winnen.
Aftersail
Het was een lekkere wedstrijd, ondanks het matige windje. We hebben goed gepresteerd en voeren tevreden de haven in. Jammer genoeg kreeg de avond nog een domper doordat de rolgenua niet meer ‘rolt’. Het systeem lijkt aan alle kanten te klemmen. Gelukkig hebben we nog garantie en nu maar duimen dat Aat Kool het ding gerepareerd heeft voor volgende week woensdag.
Crew: René, Ben & Floris
Wind: 6-9 knopen (W)
Baan: 13
Finish: 13e (van de 19)
dinsdag 26 juni 2012
Indringstarts en korte spi-rakken
Deze wedstrijd kunnen we kort over zijn. De start was wederom goed, zo niet fenomenaal. Vol gas koersen we op bovenboei van de startlijn, waar het natuurlijk dringen werd. Vooral toen een aantal schepen (ik noem geen namen, jullie herkennen jezelf aan dat touw in je schroef) nog een indringstart maakte.
Onderlangs passeren a.u.b.
Jammer genoeg zaten we op het eerste rak in de slipstream van Team Windrose. Op het tweede rak lagen we vierde met een hijgende Morning Cloud in ons nek. Het lukte om de Morning Cloud niet over ons te laten gaan, maar door deze loefacties liepen wij uit koers en de rest van het veld in.
143 seconden
De rest van de race ging prima. Niet uitzonderlijk goed, maar zeker niet slecht. De rakken zijn kort en als je dan de videobeelden terugkijkt zie je dat de spi slechts 143 seconden staat. Eigenlijk gekkenwerk. En ook te weinig om echt uit te kunnen lopen.
Bloed, zweet en …
De crew geeft alles. Op de kruisrakken werkt Hennie zich in het zweet om de spi benedendeks weer in te vouwen. Intussen trimt Paul de zeilen en vaart Ben onverbiddelijk door. Terwijl ik het voordek in orde maak, probeer ik in te schatten over welke boeg het volgende spi rak is. Door de ruimende wind is het voordewindse rak niet steevast over dezelfde boeg. Met tien meter voor de bovenwindse boei, moet ik de tas razendsnel ‘ompolen’. Kostbare seconden gaan verloren, want voor je het weet staat de spi nog maar 98 seconden.
Finish
Ondanks de goede start, het harde werk en een prima windje viel het resultaat tegen. We gaan uiteindelijk als achtste over de streep maar eindigen na handicap op de 13e plaats.
Crew: Paul, Hennie, Ben & Floris
Wind: 9-14 knopen (NNW)
Baan: 4
Finish: 13e (van de 19)
Onderlangs passeren a.u.b.
Jammer genoeg zaten we op het eerste rak in de slipstream van Team Windrose. Op het tweede rak lagen we vierde met een hijgende Morning Cloud in ons nek. Het lukte om de Morning Cloud niet over ons te laten gaan, maar door deze loefacties liepen wij uit koers en de rest van het veld in.
143 seconden
De rest van de race ging prima. Niet uitzonderlijk goed, maar zeker niet slecht. De rakken zijn kort en als je dan de videobeelden terugkijkt zie je dat de spi slechts 143 seconden staat. Eigenlijk gekkenwerk. En ook te weinig om echt uit te kunnen lopen.
Bloed, zweet en …
De crew geeft alles. Op de kruisrakken werkt Hennie zich in het zweet om de spi benedendeks weer in te vouwen. Intussen trimt Paul de zeilen en vaart Ben onverbiddelijk door. Terwijl ik het voordek in orde maak, probeer ik in te schatten over welke boeg het volgende spi rak is. Door de ruimende wind is het voordewindse rak niet steevast over dezelfde boeg. Met tien meter voor de bovenwindse boei, moet ik de tas razendsnel ‘ompolen’. Kostbare seconden gaan verloren, want voor je het weet staat de spi nog maar 98 seconden.
Finish
Ondanks de goede start, het harde werk en een prima windje viel het resultaat tegen. We gaan uiteindelijk als achtste over de streep maar eindigen na handicap op de 13e plaats.
Crew: Paul, Hennie, Ben & Floris
Wind: 9-14 knopen (NNW)
Baan: 4
Finish: 13e (van de 19)
dinsdag 12 juni 2012
Een goede start en half werk
Elk jaar tijdens de Engelandtocht van de vereniging doet zich een mooie kans voor. Enkele concurrenten zijn dan weg en als de Spoom ook nog eens startschip is, lijkt niets in de weg te staan van een podiumplaats.
Zeiluren
Helaas betekent dat ook dat Ben er niet bij is. Ook dit jaar stapte hij aan boord van de Roxane voor de oversteek naar Engeland. Hierop werd gastschipper en vriend van het team Lodewijk ingevlogen en verruilde hij het helmhout van zijn Vega voor dat van onze Friendship. Samen met Paul, Hennie en ondergetekende had Team Fram de hoogst mogelijke combinatie van zeiluren in de kuip. En dat was nog een reden voor succes.
Crew
De taakverdeling werd over de WhatsApp doorgenomen. Lodewijk roer, Floris voordek, Hennie grootzeil, orgel en spi vouwen en Paul de lieren. Met de kleine uitzondering dat ik (Floris) de boot over de startlijn wilde sturen om de startprocedure te oefenen.
Start
De oefening krijgt glans als wij op volle vaart enkele seconden na het startsein de startlijn kruisen. Geen achterstand op het eerste rak is ook weleens fijn. En het briesje uit zuidwestelijke richting lijkt genoeg om de logheid van Fram te overwinnen.
Vrachtvaarder
Na de eerste boei gaat de spinaker op en nog voor de tweede boei liggen we vijfde. De spinaker gaat naar beneden en we sturen op naar de bovenboei. Het naderende vrachtschip hebben we vroegtijdig gespot, maar dat kan niet voorkomen dat we precies bij het oversteken van de vaargeul op ramkoers liggen. Er zat niets anders op dan achterlangs te gaan. En natuurlijk blijkt het dan ook een samengestelde vrachtvaarder van een kleine 200 meter te zijn, waardoor langzaam het zojuist ingehaalde veld weer aansluiting vindt.
Jongensboek
Door het wachten verliezen we tijd en onze goede positie, maar belangrijker nog, we verliezen hoogte. De boei kunnen we niet meer halen en op het laatste moment moeten we toch nog een slag maken. We verliezen vaart, liggen stil en zijn vrijwel stuurloos. Als dan schepen over bak aankomen lijkt het mooie jongensboek toch zo’n nare waargebeurde woensdagavondfilm te worden.
Hennie Huisman
Tussen de tweede en derde boei zakken we van de vijfde naar de 14e plek. Alles lijkt verloren, maar zoals Hennie Huisman altijd zong ‘laten we ons niet kennen, en gaan gewoon maar door’. We zetten weer de spi op en proberen te redden wat er te redden valt.
Lichtpuntjes
De rest van de race verloopt verre van vlekkeloos, maar het zijn vooral de positieve dingen die opvallen. Het experiment met gewichtstrim op het spi rak lijkt geslaagd als we een halve tot driekwart knoop winst boeken. Ook het laatste aandewindse rak gaat goed. We lopen lekker en houden de chocomel-drinkende dames in de J-80 achter ons. En dat met minder dan 7 knopen wind!
Tips
Enkele dagen na de wedstrijd stuurt de gastschipper zijn bevindingen en geeft ons tips. De meeste kennen we al maar het kan geen kwaad deze nog eens extra te benadrukken. Al was het maar om even het geheugen op te frissen. Deze waardevolle informatie ga ik natuurlijk niet aan de grote klok hangen. Hoewel ik jullie wel één tip kan geven; bind een puts aan je hekstoel en gooi deze direct na de start achter de boot in het water. ;-)
Crew: Paul, Hennie, Lodewijk & Floris
Wind: 6-9 knopen (ZW)
Baan: 11
Finish: 10e (van de 14)
donderdag 31 mei 2012
Twee windloze woensdagen in mei
De voorspellingen voor de laatste twee wedstrijden waren vrijwel gelijk. 2-4 knopen wind. Dobberen dus. Iets waar Fram een hekel aan heeft, maar ook tijdens deze ogenschijnlijk saaie wedstrijden presteren we steeds beter. Eerst maar even een resume van de wedstrijd van 23 mei.
De wedstrijd van 23 mei
Voor deze wedstrijd kregen we de crew niet rond. Paul kon niet, Rene kon niet, Lodewijk kon niet, Marlous kon niet, Frank kon niet en net toen ik Feike wilde gaan bellen bedacht ik me om even de weersvoorspelling te checken. En mijn vermoeden werd bevestigd; een windloze woensdagavond was in aantocht. Hierop besloot ik om de wedstrijd gewoon met drie man te varen. Iets dat natuurlijk makkelijk kan en waardoor we al gauw 80-100 kg op de wal achterlaten. In het geval van Feike eerder 100 kg (sorry Feike).
De klokken gelijk zetten
De laatste tijd lijken de startschepen het niet zo nauw te nemen met het tien- en vijfminuten-signaal. En als je GPS geen verbinding met de satellieten wilt maken, tast je al gauw in het spreekwoordelijke duister. De exacte tijd bij andere boten vragen heeft geen zin, deze zeggen dat je nog alle tijd hebt. “Je hebt nog twintig minuten” wordt er gekscherend van de Windrose geroepen, en dat terwijl net het tienminuten-signaal heeft geklonken. Als de Geusje ook zo’n grap maak zeg ik lachend terug dat hij niet meer op zijn motor mag varen zo vlak voor de start. Even verstrakt het gezicht, dan ziet hij mijn grijns en weten de heren dat ik hier niet over ga protesteren. Wel krijgen we een exactere starttijd van ze. Dat heet nou goed zeemanschap.
De start, race en finish
We starten redelijk en het lukt ons om in het kielzog van de Windrose te blijven. Een unieke prestatie, daar we het meestal direct verliezen bij weinig wind. Maak u geen illusies, we verliezen alsnog. Dit gebeurt op het tweede rak. Doordat de wind blijft draaien zit er ook geen spinnakerrak meer in de baan en blijft ons geheime wapen opgedoekt in de tas. We worden 9e van de twaalf schepen in onze klasse.
De wedstrijd van 30 mei
Als ik al mijn wind apps moet geloven wordt ook de wedstrijd van 30 mei kansloos. Vooral omdat WindGuru een trieste 1 knoop aangeeft om negen uur ‘s avonds. Maar als ik uit mijn raam kijk zie ik de wind het water rimpelen. Kleine formaties golfjes bewegen zich als Romeinse veldtroepen over het spiegelende oppervlak; langzaam, geclusterd, maar vastbesloten. Het is niet veel, maar genoeg om 3,5 ton polyester, staal en hout in beweging te krijgen.
Start
Bij de start blijkt al gauw dat alle voorspellingen ernaast zitten en er een dikke twee beaufort uit Noordwestelijke richting komt. Wederom starten we redelijk, maar helaas is de eerste boei net niet bezeild. We maken twee slagen en zijn klaar om de spinaker te hijsen. Ook hier maken we een inschattingsfoutje; de tas staat aan de verkeerde kant aangeslagen waardoor het even duurt voor onze spi staat. Als we ‘m hijsen kan de bekende inhaalrace aanvangen.
Geen gat
Tot onze verbazing lukt het ons niet om vrijwel iedereen in te halen. We trimmen nauwkeurig, experimenteren met de gewichtsverdeling, kijken waar de wind is en loeven achter de schepen op, opzoek naar vrije wind. Maar we slaan geen gat. Sterker nog we liggen gelijk met onze concurrenten de Atlantis, Geusje, Team Windrose en de Job (die na een lange afwezigheid weer meezeilde in de WAC).
De geduchte tegenstanders op een rij. (Met dank aan Bert Piels @TeamWindrose)
Wel een gat
Op het aandewindse rak dat hierop volgt verliezen we weer meters. Gelukkig hebben we nog een spinakerrak te goed. Dit keer staat alles goed aangeslagen en kunnen we snel hijsen. Helaas is het geen ruime koers en valt de wind half binnen. We zullen moeten reachen en zien andere boten hun spinaker weer naar binnen halen. Even twijfelen we, maar dan vult de 60 m2 zich met wind en begint te trekken aan de mast. Het spinakeren gaat met een slag en een stoot waarop we besluiten om de genua weer uit te rollen en de spi naar binnen te halen. Maar als de genua ook mooi staat lijkt de spinaker gewaarschuwd en gehoorzaamt het grote lichtweerzeil. Fram begint te lopen en dit keer halen we wel meerdere boten in. We tikken een kleine zes knopen aan en dat is niet slecht voor de kleine drie beaufort.
Gemiste boei
Naar de finish vergeten we bijna de laatste boei te ronden. We zien het op tijd maar zien tegelijk hoe andere schepen deze totaal gemist hebben. Team Windrose lijkt ‘m ook te missen maar vaart netjes terug. Zij attenderen de Rode Zebra ook op deze gemiste kans en de Sailhorse keert ook terug naar de boei. Als we verder naar de finish kijken zien we een aantal schepen die niet op de layline liggen van de laatste boei naar de finish. Wel liggen ze op een denkbeeldige lijn van de een-na-laatste boei naar de finish. Doen zij nu wat wij twee weken geleden nog deden?
Finish
We kruisen naar de finish en proberen de boot met man en macht boven de twee knopen te houden. Het lukt maar moeilijk. De wind is weg en het wier is terug. Sierlijke slierten sleuren we achter ons aan door het heldere water van het Gooimeer. Het is weer zover, helaas! Vanaf volgende week doen we weer de korte optimisten baantjes.
Crew 23 mei: Hennie, Ben, Floris
Wind: 2-6 knopen (richting variabel)
Finish: 9e (van de 12)
Crew 30 mei: René, Hennie, Ben, Floris
Finish: 10e (van de 15)
Wind: 6-14 knopen (NW)
De wedstrijd van 23 mei
Voor deze wedstrijd kregen we de crew niet rond. Paul kon niet, Rene kon niet, Lodewijk kon niet, Marlous kon niet, Frank kon niet en net toen ik Feike wilde gaan bellen bedacht ik me om even de weersvoorspelling te checken. En mijn vermoeden werd bevestigd; een windloze woensdagavond was in aantocht. Hierop besloot ik om de wedstrijd gewoon met drie man te varen. Iets dat natuurlijk makkelijk kan en waardoor we al gauw 80-100 kg op de wal achterlaten. In het geval van Feike eerder 100 kg (sorry Feike).
De klokken gelijk zetten
De laatste tijd lijken de startschepen het niet zo nauw te nemen met het tien- en vijfminuten-signaal. En als je GPS geen verbinding met de satellieten wilt maken, tast je al gauw in het spreekwoordelijke duister. De exacte tijd bij andere boten vragen heeft geen zin, deze zeggen dat je nog alle tijd hebt. “Je hebt nog twintig minuten” wordt er gekscherend van de Windrose geroepen, en dat terwijl net het tienminuten-signaal heeft geklonken. Als de Geusje ook zo’n grap maak zeg ik lachend terug dat hij niet meer op zijn motor mag varen zo vlak voor de start. Even verstrakt het gezicht, dan ziet hij mijn grijns en weten de heren dat ik hier niet over ga protesteren. Wel krijgen we een exactere starttijd van ze. Dat heet nou goed zeemanschap.
De start, race en finish
We starten redelijk en het lukt ons om in het kielzog van de Windrose te blijven. Een unieke prestatie, daar we het meestal direct verliezen bij weinig wind. Maak u geen illusies, we verliezen alsnog. Dit gebeurt op het tweede rak. Doordat de wind blijft draaien zit er ook geen spinnakerrak meer in de baan en blijft ons geheime wapen opgedoekt in de tas. We worden 9e van de twaalf schepen in onze klasse.
De wedstrijd van 30 mei
Als ik al mijn wind apps moet geloven wordt ook de wedstrijd van 30 mei kansloos. Vooral omdat WindGuru een trieste 1 knoop aangeeft om negen uur ‘s avonds. Maar als ik uit mijn raam kijk zie ik de wind het water rimpelen. Kleine formaties golfjes bewegen zich als Romeinse veldtroepen over het spiegelende oppervlak; langzaam, geclusterd, maar vastbesloten. Het is niet veel, maar genoeg om 3,5 ton polyester, staal en hout in beweging te krijgen.
Start
Bij de start blijkt al gauw dat alle voorspellingen ernaast zitten en er een dikke twee beaufort uit Noordwestelijke richting komt. Wederom starten we redelijk, maar helaas is de eerste boei net niet bezeild. We maken twee slagen en zijn klaar om de spinaker te hijsen. Ook hier maken we een inschattingsfoutje; de tas staat aan de verkeerde kant aangeslagen waardoor het even duurt voor onze spi staat. Als we ‘m hijsen kan de bekende inhaalrace aanvangen.
Geen gat
Tot onze verbazing lukt het ons niet om vrijwel iedereen in te halen. We trimmen nauwkeurig, experimenteren met de gewichtsverdeling, kijken waar de wind is en loeven achter de schepen op, opzoek naar vrije wind. Maar we slaan geen gat. Sterker nog we liggen gelijk met onze concurrenten de Atlantis, Geusje, Team Windrose en de Job (die na een lange afwezigheid weer meezeilde in de WAC).
De geduchte tegenstanders op een rij. (Met dank aan Bert Piels @TeamWindrose)
Wel een gat
Op het aandewindse rak dat hierop volgt verliezen we weer meters. Gelukkig hebben we nog een spinakerrak te goed. Dit keer staat alles goed aangeslagen en kunnen we snel hijsen. Helaas is het geen ruime koers en valt de wind half binnen. We zullen moeten reachen en zien andere boten hun spinaker weer naar binnen halen. Even twijfelen we, maar dan vult de 60 m2 zich met wind en begint te trekken aan de mast. Het spinakeren gaat met een slag en een stoot waarop we besluiten om de genua weer uit te rollen en de spi naar binnen te halen. Maar als de genua ook mooi staat lijkt de spinaker gewaarschuwd en gehoorzaamt het grote lichtweerzeil. Fram begint te lopen en dit keer halen we wel meerdere boten in. We tikken een kleine zes knopen aan en dat is niet slecht voor de kleine drie beaufort.
Gemiste boei
Naar de finish vergeten we bijna de laatste boei te ronden. We zien het op tijd maar zien tegelijk hoe andere schepen deze totaal gemist hebben. Team Windrose lijkt ‘m ook te missen maar vaart netjes terug. Zij attenderen de Rode Zebra ook op deze gemiste kans en de Sailhorse keert ook terug naar de boei. Als we verder naar de finish kijken zien we een aantal schepen die niet op de layline liggen van de laatste boei naar de finish. Wel liggen ze op een denkbeeldige lijn van de een-na-laatste boei naar de finish. Doen zij nu wat wij twee weken geleden nog deden?
Finish
We kruisen naar de finish en proberen de boot met man en macht boven de twee knopen te houden. Het lukt maar moeilijk. De wind is weg en het wier is terug. Sierlijke slierten sleuren we achter ons aan door het heldere water van het Gooimeer. Het is weer zover, helaas! Vanaf volgende week doen we weer de korte optimisten baantjes.
Crew 23 mei: Hennie, Ben, Floris
Wind: 2-6 knopen (richting variabel)
Finish: 9e (van de 12)
Crew 30 mei: René, Hennie, Ben, Floris
Finish: 10e (van de 15)
Wind: 6-14 knopen (NW)
donderdag 17 mei 2012
It was great while it lasted
De wedstrijd van 16 mei 2012 zou een eigen hoofdstuk krijgen in de geschiedenis van Team Fram. We begonnen met een redelijke start en gingen op driekwart snelheid over de startlijn, 30 seconden nadat het signaal had geklonken. Helaas startte iedereen goed waardoor we bij de eerste boei toch nog op een 9e positie lagen. Maar net als vorige week luidde de eerste boei het spinakerrak in en begon onze queeste naar een podiumplaats.
Niks uit handen geven
Terwijl ons log 6,7 knopen aantikt en de spi onverbiddelijk aan de mast rukt, lopen we iedereen voorbij. Al gauw liggen we derde en na de boeironding tweede. Niet veel laten liggen we eerste en ontstaat er een nieuw soort spanning aan boord: dit mogen we niet uit handen geven. Maar helaas doen we dat wel.
Boeien
Bert Piels had ons vorig jaar al een keer verteld dat aan kop varen een hele nieuwe dimensie met zich meebrengt; namelijk de juiste boei vinden. En dat dát niet meevalt blijkt als we boei 37 aanzien voor boei 39. Hierdoor varen we verder dan nodig en moeten we terug om boei 39 alsnog reglementair te ronden. Kostbare minuten gaan verloren en het veld vindt aansluiting met de leider, voor de duidelijkheid, dat zijn wij.
Zege in zicht
In het laatste rak naar de finish komt slechts één boot uit onze klasse ons voorbij, het is de Roxane van Sander Kreukniet, maar die heeft een lagere handicap. Anders gezegd, hij mag acht minuten eerder finishen en dan nog winnen wij het op handicap. Ik vraag de hele crew nog één keer alles te geven op dit laatste rak. Vier schepen hijgen in ons nek, maar Ben en Paul geven alles en trimmen de zeilen onophoudelijk. Ook de gewichtsverdeling verliezen we niet uit het oog en we zorgen dat elke man op de goede plek zit. Het scheelt 0,2 knoop. Genoeg om iedereen achter ons te laten, inclusief de iets snellere Dehler.
Podiumplaats
Als we over de streep gaan beginnen de speculaties. Eerste? Tweede? In ieder geval een podiumplaats. We zijn euforisch en tuigen de boot met een grote grijns af, terwijl Paul enthousiaste berichten de wereld in facebookt. Zou dit dan onze eerste zege worden?
Een zwarte bladzijde
Als we in het clubhuis komen voor de uitslag horen we direct van een ander schip dat we een boei fout gerond hebben. En dan heb ik het niet over boei 39. Het komt als een donderslag bij heldere hemel, of liever gezegd, als een slag met een voorhamer recht in je gezicht terwijl je handen op je rug gebonden zijn. Wij zijn in de veronderstelling dat we de baan goed hebben gevaren en de vermeende C-boei wél hebben gerond, maar de andere schepen spreken ons tegen. Dit doet pijn! Als de wedstrijdleiding verhaal komt halen en zegt dat ‘meerdere boten spreken van een foute boeironding’ leg ik me neer bij de feiten en schik met een DSQ (disqualified).
Sinterklaas
Dit was de grootste teleurstelling sinds die dag dat mijn moeder vertelde dat Sinterklaas niet bestaat. Ik voelde me Sven Kramer die op ‘zijn 10 kilometer’ de verkeerde baan nam en goud uit handen gaf. Het mocht niet verkeerd gaan, de condities waren perfect en toch eindigen we met lege handen. Sven kon boos zijn op de trainer, ik kan alleen in de spiegel kijken.
Het Sven Kramer-gevoel overheerste.
Als, dan, hadden, kunnen
Natuurlijk hebben we een kardinale fout gemaakt, tot tweemaal toe zelfs. Het voordeel wat we bij de eerste foute boeironding verkregen, hebben we later in de wedstrijd ruimschoots gecompenseerd door niet op de 39 maar op boei 37 te varen. Daarmee is de afgelegde afstand alsnog gelijk aan de andere boten die het parcours wel in een keer goed aflegden. En dat is waar een klein sprankeltje hoop gloort. Want als we deze beide boeien wel goed hadden gerond, hadden we nog steeds op dezelfde positie gelegen. Ik weet het, het is het welbekende achteraf-als-dan-scenario, maar wat ons moed geeft is dat we met 4bft (vlagen 5) de boot richting een podiumplaats kunnen sturen. En iedereen die dat betwijfelt nodig ik uit voor een goed gesprek onder het genot van een biertje. Oh... en jij betaalt.
De tweede plaats gaat aan onze neus voorbij.
Crew: Paul, René, Floris & Ben
Wind: 12-17 knopen (NNW)
Baan: 16
Finish: DSQ
Niks uit handen geven
Terwijl ons log 6,7 knopen aantikt en de spi onverbiddelijk aan de mast rukt, lopen we iedereen voorbij. Al gauw liggen we derde en na de boeironding tweede. Niet veel laten liggen we eerste en ontstaat er een nieuw soort spanning aan boord: dit mogen we niet uit handen geven. Maar helaas doen we dat wel.
Boeien
Bert Piels had ons vorig jaar al een keer verteld dat aan kop varen een hele nieuwe dimensie met zich meebrengt; namelijk de juiste boei vinden. En dat dát niet meevalt blijkt als we boei 37 aanzien voor boei 39. Hierdoor varen we verder dan nodig en moeten we terug om boei 39 alsnog reglementair te ronden. Kostbare minuten gaan verloren en het veld vindt aansluiting met de leider, voor de duidelijkheid, dat zijn wij.
Zege in zicht
In het laatste rak naar de finish komt slechts één boot uit onze klasse ons voorbij, het is de Roxane van Sander Kreukniet, maar die heeft een lagere handicap. Anders gezegd, hij mag acht minuten eerder finishen en dan nog winnen wij het op handicap. Ik vraag de hele crew nog één keer alles te geven op dit laatste rak. Vier schepen hijgen in ons nek, maar Ben en Paul geven alles en trimmen de zeilen onophoudelijk. Ook de gewichtsverdeling verliezen we niet uit het oog en we zorgen dat elke man op de goede plek zit. Het scheelt 0,2 knoop. Genoeg om iedereen achter ons te laten, inclusief de iets snellere Dehler.
Podiumplaats
Als we over de streep gaan beginnen de speculaties. Eerste? Tweede? In ieder geval een podiumplaats. We zijn euforisch en tuigen de boot met een grote grijns af, terwijl Paul enthousiaste berichten de wereld in facebookt. Zou dit dan onze eerste zege worden?
Een zwarte bladzijde
Als we in het clubhuis komen voor de uitslag horen we direct van een ander schip dat we een boei fout gerond hebben. En dan heb ik het niet over boei 39. Het komt als een donderslag bij heldere hemel, of liever gezegd, als een slag met een voorhamer recht in je gezicht terwijl je handen op je rug gebonden zijn. Wij zijn in de veronderstelling dat we de baan goed hebben gevaren en de vermeende C-boei wél hebben gerond, maar de andere schepen spreken ons tegen. Dit doet pijn! Als de wedstrijdleiding verhaal komt halen en zegt dat ‘meerdere boten spreken van een foute boeironding’ leg ik me neer bij de feiten en schik met een DSQ (disqualified).
Sinterklaas
Dit was de grootste teleurstelling sinds die dag dat mijn moeder vertelde dat Sinterklaas niet bestaat. Ik voelde me Sven Kramer die op ‘zijn 10 kilometer’ de verkeerde baan nam en goud uit handen gaf. Het mocht niet verkeerd gaan, de condities waren perfect en toch eindigen we met lege handen. Sven kon boos zijn op de trainer, ik kan alleen in de spiegel kijken.
Het Sven Kramer-gevoel overheerste.
Als, dan, hadden, kunnen
Natuurlijk hebben we een kardinale fout gemaakt, tot tweemaal toe zelfs. Het voordeel wat we bij de eerste foute boeironding verkregen, hebben we later in de wedstrijd ruimschoots gecompenseerd door niet op de 39 maar op boei 37 te varen. Daarmee is de afgelegde afstand alsnog gelijk aan de andere boten die het parcours wel in een keer goed aflegden. En dat is waar een klein sprankeltje hoop gloort. Want als we deze beide boeien wel goed hadden gerond, hadden we nog steeds op dezelfde positie gelegen. Ik weet het, het is het welbekende achteraf-als-dan-scenario, maar wat ons moed geeft is dat we met 4bft (vlagen 5) de boot richting een podiumplaats kunnen sturen. En iedereen die dat betwijfelt nodig ik uit voor een goed gesprek onder het genot van een biertje. Oh... en jij betaalt.
De tweede plaats gaat aan onze neus voorbij.
Crew: Paul, René, Floris & Ben
Wind: 12-17 knopen (NNW)
Baan: 16
Finish: DSQ
zaterdag 12 mei 2012
Het halve werk
Hoewel 7 knopen wind het bloed niet sneller doet stromen, deed de baan van onze tweede wedstrijd dat wel. Een korte Zuidwestbaan met een lang spinakerrak. We bestuderen de kaart en zien dat er kansen liggen voor Team Fram. De start zou cruciaal zijn. Dit keer zouden we op volle snelheid over de startlijn gaan terwijl het startsignaal nog na echoot. Gelukkig was de ‘levende atoomklok’ Paul weer aan boord en kon het aftellen op GPS-tijd beginnen.
Twee minuten stilte
Na enkele oefenstarts rekenden we uit dat we in 2 minuten op de startlijn zaten, komende van achteruit het startgebied. Met iets meer dan twee minuten voor de start hadden we genoeg gerepeteerd en werd het tijd voor de uitvoering. Terwijl we vol goede moed op de startlijn varen valt de wind weg en is de snelheid uit de boot. Dobberend en bijna stuurloos horen we het startsignaal. Verlamd kijken we hoe iedereen, ik herhaal iedereen, voor ons start en wegvaart. Het zou nog twee pijnlijke minuten duren voordat wij over de startlijn voeren, twee minuten die stiller waren dan die twee om acht uur op de Dam.
“Als je denkt ‘ik ben verslagen’ is de nederlaag een feit”
Zo luidt de eerste strofe uit zo’n peptalk rijmpje. En daar zit zeker een kern van waarheid in, dus herpakten wij ons en maakten ons op voor het lange spinakerrak. ‘Een goede start is het halve werk’, ik maakte gauw een rekensommetje en bedacht me dat wij nog 50% kans hadden om de race tot een goed einde te brengen, maar dan moesten we wel 200% geven. We sturen als laatste om de eerste boei en begonnen direct aan de grote inhaalrace. De spinaker werd gehesen en de Comodo was de eerste die onze spiegel zag.
InhaalraceVoor ons lagen nog twaalf andere schepen die we moesten inhalen. We liepen hard en bij de tweede ton hadden we er al vijf ingehaald. Daarna begon het kruisrak waar we normaliter bij weinig wind het afleggen, maar niet vanavond. Want de hele crew gaf 200%.
Erop of eronder
Terwijl ik naar de bovenwindse boei stuur kom ik erachter dat we ‘m niet gaan halen, we zijn te vroeg getacked (dat is Engels voor overstag en klinkt stoerder, nietwaar?). Het was een kwestie van erop of eronder, maar we moesten er overheen. Ik besluit de vaart in de boot te houden en neem voor lief dat we een extra slag moeten maken. Als plotseling de wind iets aantrekt, is het scenario veranderd en kunnen we de boei opeens wel weer in een keer halen. Maar ook dit scenario is geen lang leven beschoren. Vanuit mijn rechterooghoek zie ik hoe de rest van het veld over bakboord aankomt en voorrang heeft. En natuurlijk liggen we met een van deze jongens op ramkoers.
Demonstrerende voorlijken
Ik stuur de boot zo lang mogelijk rechtdoor. We varen midscheeps op de X-yacht en op het laatste moment duiken we even onder hem door. We verliezen weer hoogte met het gevolg dat we de boei toch niet in een keer gaan halen.Of toch wel, nee toch niet, wel, nee echt niet… U begrijpt, het werd spannend. Ik stuur de boot iets scherper, de voorlijken beginnen te demonstreren en we verliezen vaart maar winnen hoogte. Nét niet stuurloos en nét niet in de wind sturen we de boot om de boei en beginnen we aan het tweede spinakerrak. Ook hier halen we weer drie boten in, waaronder de Atlantis, een X-Yacht en nog een eerste klasser. We varen de spi tot op de boei en halen ‘m naar binnen als Fram alweer aan de wind ligt.
Finish
Tot de finish houden we iedereen achter ons met uitzondering van die snelle X-yacht. ‘Verdikkeme, wat vaart die scherp aan de wind, ik vermoed al gauw 15 graden scherper!’. Als we de finish over gaan tellen we zeven schepen uit onze klasse achter ons. We zijn van een 14e plaats opgekropen naar een 7e plek. Niet verkeerd. Ik maak nogmaals dat rekensommetje en kom tot de conclusie dat het aardig klopt: een goede start is het halve werk!
Crew: Paul, René, Floris & Ben
Wind: 5-12 knopen (ZW)
Baan: 11
Finish: 9e (van de 14)
Twee minuten stilte
Na enkele oefenstarts rekenden we uit dat we in 2 minuten op de startlijn zaten, komende van achteruit het startgebied. Met iets meer dan twee minuten voor de start hadden we genoeg gerepeteerd en werd het tijd voor de uitvoering. Terwijl we vol goede moed op de startlijn varen valt de wind weg en is de snelheid uit de boot. Dobberend en bijna stuurloos horen we het startsignaal. Verlamd kijken we hoe iedereen, ik herhaal iedereen, voor ons start en wegvaart. Het zou nog twee pijnlijke minuten duren voordat wij over de startlijn voeren, twee minuten die stiller waren dan die twee om acht uur op de Dam.
“Als je denkt ‘ik ben verslagen’ is de nederlaag een feit”
Zo luidt de eerste strofe uit zo’n peptalk rijmpje. En daar zit zeker een kern van waarheid in, dus herpakten wij ons en maakten ons op voor het lange spinakerrak. ‘Een goede start is het halve werk’, ik maakte gauw een rekensommetje en bedacht me dat wij nog 50% kans hadden om de race tot een goed einde te brengen, maar dan moesten we wel 200% geven. We sturen als laatste om de eerste boei en begonnen direct aan de grote inhaalrace. De spinaker werd gehesen en de Comodo was de eerste die onze spiegel zag.
InhaalraceVoor ons lagen nog twaalf andere schepen die we moesten inhalen. We liepen hard en bij de tweede ton hadden we er al vijf ingehaald. Daarna begon het kruisrak waar we normaliter bij weinig wind het afleggen, maar niet vanavond. Want de hele crew gaf 200%.
Erop of eronder
Terwijl ik naar de bovenwindse boei stuur kom ik erachter dat we ‘m niet gaan halen, we zijn te vroeg getacked (dat is Engels voor overstag en klinkt stoerder, nietwaar?). Het was een kwestie van erop of eronder, maar we moesten er overheen. Ik besluit de vaart in de boot te houden en neem voor lief dat we een extra slag moeten maken. Als plotseling de wind iets aantrekt, is het scenario veranderd en kunnen we de boei opeens wel weer in een keer halen. Maar ook dit scenario is geen lang leven beschoren. Vanuit mijn rechterooghoek zie ik hoe de rest van het veld over bakboord aankomt en voorrang heeft. En natuurlijk liggen we met een van deze jongens op ramkoers.
Demonstrerende voorlijken
Ik stuur de boot zo lang mogelijk rechtdoor. We varen midscheeps op de X-yacht en op het laatste moment duiken we even onder hem door. We verliezen weer hoogte met het gevolg dat we de boei toch niet in een keer gaan halen.Of toch wel, nee toch niet, wel, nee echt niet… U begrijpt, het werd spannend. Ik stuur de boot iets scherper, de voorlijken beginnen te demonstreren en we verliezen vaart maar winnen hoogte. Nét niet stuurloos en nét niet in de wind sturen we de boot om de boei en beginnen we aan het tweede spinakerrak. Ook hier halen we weer drie boten in, waaronder de Atlantis, een X-Yacht en nog een eerste klasser. We varen de spi tot op de boei en halen ‘m naar binnen als Fram alweer aan de wind ligt.
Finish
Tot de finish houden we iedereen achter ons met uitzondering van die snelle X-yacht. ‘Verdikkeme, wat vaart die scherp aan de wind, ik vermoed al gauw 15 graden scherper!’. Als we de finish over gaan tellen we zeven schepen uit onze klasse achter ons. We zijn van een 14e plaats opgekropen naar een 7e plek. Niet verkeerd. Ik maak nogmaals dat rekensommetje en kom tot de conclusie dat het aardig klopt: een goede start is het halve werk!
Crew: Paul, René, Floris & Ben
Wind: 5-12 knopen (ZW)
Baan: 11
Finish: 9e (van de 14)
zaterdag 5 mei 2012
Daar zijn we weer!
Hehe, eindelijk was het zover. Team Fram was klaar voor haar eerste wedstrijd. Dankzij de klantvriendelijkheid en welwillendheid van onze ‘vrienden’ in Jachthaven Mijnden, werd het ons moeilijk gemaakt om de boot eerder zeilklaar te krijgen. Ik schrijf vrienden, maar u las ook de aanhalingstekens die natuurlijk de sarcastische ondertoon verraden. Het zijn namelijk helemaal geen vrienden. Sterker nog, ik mag deze haven zo ‘graag’ dat we besloten hebben niet meer terug te keren voor de winterstalling.
Even inkomen
Terug naar de wedstrijd. Vrijwel de complete harde kern (vijf man!) was uitgenodigd voor deze ‘we-moeten-nog-even-inkomen-wedstrijd’. Helaas belde Paul vanaf de vluchtstrook dat hij zonder benzine stond en het niet meer ging redden. Gelukkig waren we overbezet en konden we één afmelding prima opvangen.
Kampioen
Voor de gelegenheid had ik mijn Team Fram shirt geruild voor dat andere team waar ik heilig in geloof; Ajax. Tot grote walging van de heer Piels. Natuurlijk was dit ook een stukje psychologische oorlogsvoering, de enige echte voetbalclub, de club die er echt toe doet, zou immers die avond landskampioen worden. En helaas Bert, die club komt niet uit Rotjeknor.
Go Pro
Terwijl ik de boot fier en koen voorbereidde voor de eerste wedstrijd, kwamen Hennie en René aan boord. De nieuwe waterdichte camera’s (Go Pro) die alle actie moeten vastleggen werden ‘gemount’ en met een ronkende diesel verlieten wij de haven.
Even Apeldoorn bellen
Dat er bij de WoensdagAvond Competitie van de R&ZV op het scherpst van de snede wordt gezeild, werd pijnlijk duidelijk toen de Folksboot vlak voor het startsignaal zijn neus in het vrijboord van Team Windrose boorde. Natuurlijk draaide onze camera’s maar deze zijn gericht op onze actie. Een verhaal in woord en schrift is wat slechts kan worden overgeleverd aan de volgende generaties. De harde aanvaring had een flinke pizzapunt uit de romp van Team Windrose geslagen. Zelfs wij waren even van ons à propos, laat staan Bert en zijn bemanning. Later zou blijken dat Team Windrose gratis en voor niets een nieuw ankergat aan stuurboord heeft. Het is ook een prachtige plek voor een patrijspoort in je romp. Of een torpedoluik. Kortom, een zee aan mogelijkheden.
Een slechte start is ook het halve werk
Onze start was matig. We kwamen te vroeg op de startlijn af waardoor we moesten afremmen. Hoewel we als een van de eerste over de startlijn gingen, liepen we zo langzaam dat het halve veld ons al voor de eerste boei passeerde. Na de eerste boei zochten wij de vrije wind op en maakten een extra slag. Dit bleek een goede beslissing en al gauw begon de inhaalrace.
Hallo spinaker
Na het ronden van de bovenwindse boei kwam de spi uit de doeken. Pas toen deze eenmaal stond, merkten we dat de wind niet ruim, maar half inviel. ‘Allememaggies! Adriaantje wat doen we nou?’ zou Bassie zeggen. We moeten flink reachen en de wind geeft af en toe een flinke stoot. Fram begint te hellen, maar we houden ons hoofd koel en Ben stuurt de boot zonder aarzeling naar de benedenwindse boei.
Knopen
Zowel de spi als de gen stonden mooi dus besloten we met drie zeilen door te varen. Het log was nog niet gekalibreerd en sloeg enthousiast 7,5 knopen aan. De GPS was iets genuanceerder en vertelde dat de SOG een dikke zes knopen was. Als een sluipschutter kropen we naar de kop van het veld. Langzaam, maar dodelijk!
Een eigenwijs bootje
Na een moeizaam aandewinds rak maakten we ons op voor het tweede spi rak. Dit keer rolde we de fok wel in. Helaas was er een bootje van de snelle klasse die het leuk vond om ons de loef af te steken. Hoewel we een dikke knoop harder voeren, kwamen we niet onder zijn spi door. En eroverheen lukte niet omdat de beste man steeds meeloefte. Ik probeerde hem nog duidelijk te maken dat we in andere klassen zeilen en dit alleen maar in ons beider nadeel werkt, maar het was aan dovemans oren gericht. Zijn loef acties hebben hem meer vertraging gekost dan ons even over de hoge kant laten passeren. Pas toen we gezamenlijk inliepen op de Morning Cloud, ontsnapten we aan zijn aandacht en passeerden we hem (en de Morning Cloud) met een dikke hekgolf. Zijn eigenwijze geklooi heeft ons kostbare minuten gekost. Maar de boodschap is duidelijk: Nobody fucks with Team Fram!
Aftuigen
Terwijl we naar de box voeren lieten René en Hennie zien dat ze het grootzeil prachtig zig-zag, ook wel dakpansgewijs, kunnen opbergen. Zo netjes had nog nooit iemand het opgevouwen. Louter glooiende lijnen, geen harde vouwen. Vanaf nu mogen zij altijd het grootzeil strijken en opbergen. Ook de genua ging volgens het boekje in de zak. Nu alleen nog de spi ;-)
Aftersail
De eerste wedstrijd was inkomen, hoewel we geen risico’s hebben genomen, hebben we toch een prima wedstrijd gevaren. Het was leuk om te zien dat de hele crew de draad weer oppakte alsof de vorige wedstrijd slechts een week geleden was. Het belooft veel voor de rest van het seizoen. #zinin
Crew: Hennie, Rene, Floris & Ben
Wind: 8-17 knopen (NNO)
Baan: 5
Finish: 7e (van de 13)
Abonneren op:
Posts (Atom)