Posts tonen met het label Lodewijk Cornelissen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Lodewijk Cornelissen. Alle posts tonen

dinsdag 30 september 2014

Pampus Regatta

‘Bestaat Team Fram nog?’, vroeg iemand mij onlangs. ‘Ja’, antwoordde ik ietwat verontwaardigd. ‘Ik lees nooit meer iets op je blog!’ Ja, dat kan kloppen. Want door mijn inspanningen voor de wedstrijdcommissie en met name de Pampus Regatta heb ik geen tijd meer gehad om te schrijven over onze inspanningen op het water. Tel daar een belangrijke pitch voor mijn werk bij op en je komt uren, zo niet nachten tekort en moet zelfs wedstrijden laten varen (Hennie Hoenselaar Cup). Inmiddels is de storm even gaan liggen en dus is er tijd voor een krabbel.


De Pampus Regatta is het hoogtepunt van het seizoen. De opvolger van ‘onze’ Hooikist Race is nu door R&ZV Naarden, WSV Flevomare en Zeilvereniging Het Y naar een tweedaagse regatta gepromoveerd. ‘Een professionele wedstrijd met een laagdrempelig karakter’. Zo omschreef ik het in een van de persberichten. En dat is gelukt. 85 boten schreven zich in en de klasse voor ongemeten boten (SW-klasse) was het grootst!


Omdat we dit jaar al veel wedstrijden moesten laten schieten, waaronder de Eemdelta Race, Lenco Regatta en de 24-uurs, was ik redelijk cold turkey en wilde, nee moest ik weer even een serieuze wedstrijd varen. Ik ben doorgaans al fanatiek, maar nu was ik een extremist (goedemiddag AIVD, ja dit is een zeilblog, leuk dat u meeleest). Na een goed seizoen in Naarden, wilde ik dat nog ‘even’ prolongeren op de Pampus Regatta. De boot was in orde, de crew getraind en volledig, dus niets stond ons in de weg.

Zaterdag
Zaterdag varen we de oude Hooikist Race, dus up- en downwindbanen. Het leukste wat er is als je het mij vraagt. De startprocedure ging uiterst professioneel, ook al klonk het startschot niet op het moment suprême. Maar zoals elke zeiler weet, zijn de vlaggen leidend, bovendien kon je via VHF 13 het aftellen horen en wist je dus dat er op GPS tijd werd gestart. En dus gingen wij zaterdag om tien uur over de startlijn. Ok, ik overdrijf een beetje. Het was 10.00u en 3 seconden.

Na deze goede start, gaat het eigenlijk al snel fout. We maken een slag over stuurboord en dachten niet op ramkoers te liggen met de rest van de vloot. Helaas hebben we het verkeerd ingeschat en moeten we weer terugklappen. Het kost een paar scheepslengtes. Als we bij de bovenboei aankomen, moeten we iets afvallen richting de spreader, een tweede bovenboei die het veld uit elkaar trekt (spread). Daarna kan de spi erop en is het volle vaart naar beneden.

We gaan lekker en liggen vierde in het veld en op handicap tweede. Maar als we de spi prefeeden en hijsen zie ik dat er een enorme fout wordt begaan. De spinakerboom staat aan de verkeerde kant. En we moeten eerst ombouwen voordat we kunnen hijsen. Terwijl de GoPro draait overstemt mijn gevloek de 14 knopen wind. Allesbehalve fraai en een paar rakken later zou ik mijn excuses aanbieden. Op de filmbeelden zie ik later dat het ombouwen tweeëneenhalve minuut duurt. Ik ga niet uitrekenen hoeveel scheepslengtes het is, maar het kost ons de eerste wedstrijd. Gelukkig mag je een wedsttrijd wegstrepen. Altijd jammer als dat de eerste is.

De wind is bij vlagen hard en vraagt iets meer kracht en vertrouwen van onze voordekker als we op de spinaker gijpen. De spiboom moet helemaal voorbij de babystag en moet daardoor flink naar buiten worden gedrukt voordat deze weer op het boomoog kan worden gezet. En met deze wind is dat bijzonder lastig. De genuaschoot moet normaliter over de boom, maar het is al lastig genoeg voor onze voordekker, dus laten we die even voor wat het is. Nadat René de spinaker heeft gegijpt varen we zo hard mogelijk naar de gate. Nou ja hard… Waar onze spi ooit het geheime wapen was, lopen we nu niet meer op iedereen in. Nee we worden zelfs ingehaald!

De spi gaat er zo laat mogelijk af en daar pakken we dan toch weer een paar boten mee. We ronden de bakboord boei van de gate en gaan aandewind over stuurboord verder. Dit gaat goed. Maar bij de eerste overstag gaat het weer mis. De genua blijft achter de boom haken. ‘Shit! Vergeten!’, schiet er door mijn hoofd. Die schoot hadden we niet over de boom gelegd met de gijp. Terwijl het zeil bak staat, moeten we weer terugklappen. We liggen helemaal stil en de race is nu echt verloren.

Race 2
Als de start van de eerste race goed was, dan was de start van de tweede race briljant. Terwijl iedereen zich ophoopt bij het startschip, varen wij iets lager met volle vaart door het midden van de startlijn. We gaan op seconde nul door de start en even twijfel ik of we niet te vroeg zijn gestart, maar dan klinkt het ‘all clear’ door de marifoon en dat betekent dat niemand te vroeg is gestart.

Protest
De briljante start maakt het mogelijk om onze eerste slag over stuurboord vrij voor het hele veld te maken. Bij de bovenboei draaien we net achter de nummer 1 op de layline. De race gaat goed, maar als we de bovenboei willen gaan ronden komt daar ineens de Windmaker over stuurboord aan. Hoewel iedereen inclusief wij, bakboord roept, wijkt hij niet uit. Nee, meneer draait zijn boot gewoon de layline op alsof er niemand is. Wij sturen Fram omhoog tegen de wind in en vermijden een aanvaring. ‘Protest!’, roep ik en laat direct de rode vlag zien. Wat een enorme £!@#$%^&*!

We zijn door deze stomme actie van ons à propos en de automatische piloot neemt het even over. We ronden de boei en zetten de spi. Ja, en daar komt ie hoor. GF3. Grote fout drie! Gelukkig helpt Jan Hesselink ons en roept. “Je vergeet de spreader!” Ai, dat is waar ook. Dit is ronde 1 en we moeten die spreader nog ronden. Ik vervloek die stomme Windmaker nogmaals en vervloek mezelf dat ik niet bij de les blijf. Hup, spi naar binnen, om de spreader heen en spi er weer op. Goed, deze actie kost ons de race.

Dan komt het moment van bezinning. Ik merk dat ik teveel van alles en iedereen verwacht, inclusief mijzelf. Ik kijk om me heen. De vloot, het weer, de ribs en het starschip. Potverdikkie Floris, dit heb jij mede mogelijk gemaakt. Geen gekke prestatie. Ik kom de Windmaker nog een keer tegen en besluit het protest niet door te zetten. Ik zit immers in de organisatie en wil juist zoveel mogelijk zeilers bij dit evenement betrekken. Dan moet je ze er vooral uit gaan protesteren! Het weer is fantastisch en de organisatie subliem, dus probeer ik vooral van het moment te genieten en laat de wedstrijd los.

Race 3
De derde race is niet noemenswaardig. Geen ‘highs’ noch ‘lows’. Na de finish varen we in een stralend zonnetje naar het bier in Durgerdam. Daar moet ik nog wat organisatorische zaken regelen en kan ik na een uur ook aan het bier.

Junior vs senior
Als ik op de steiger van het clubhuis de uitslagen van zaterdag zie, baal ik toch. Want ondanks dat ik hierboven heb beschreven wat we fout deden en hoeveel tijd onze fouten kosten, was ik me daar op dat moment niet zo van bewust. Ik dacht dat we wel redelijk hadden gevaren en in het midden zouden eindigen, maar we zijn 12e van de 18. En als ik zie dat mijn vader ook nog eens twee plekken boven mij staat in de tussenstand, duurt het al gauw vijf bier voordat ik weer vrolijk ben. Het is niet dat ik het hem niet gun, maar ik ken zijn boot en hij kent die van mij. Sterker nog, hij heeft ons vaak over de finish gestuurd als schipper en ik de zijne meerdere malen in de 24-uurs. Dus ik had verwacht dat wij met onze harde kern wel zouden winnen van hem met slechts één opstapper waarmee hij nog nooit gevaren had. Niet dus. Grappig genoeg eindigen we de eerste race slecht 18 seconden na elkaar. Helaas zal ik dit een jaar lang moeten aanhoren. ‘Pap, volgend jaar revanche!’


Zie hier een sfeerimpressie van zaterdag, onze fouten zijn er uitgeknipt ;-)

Zondag
Het is zondagochtend vroeg. Ik word wakker van geklop. Ik til mijn hoofd iets op en kijk op mijn iPhone en zie dat het bijna half zeven is. Het geklop wordt heftiger maar als ik mijn hoofd in mijn kussen begraaf, lijkt het minder te worden.  Het was té gezellig gisteravond. Even overweeg ik te gaan zwemmen in het IJmeer. Je bent dan meteen wakker en katers kunnen niet zo goed tegen water. Maar ik kies voor de douche. Het helpt enigszins en ik ben ‘fit to sail’. Vandaag staat namelijk de voormalig Trintelrace op het programma. Een lange afstandsbaan van 20-30 mijl (voor de landrotten x1,85 = kilometers).


We liggen zes dik in de haven en moeten wachten tot iedereen is uitgevaren voordat wij de trossen los kunnen gooien. Hierdoor zijn we bijna te laat bij de start, maar net op tijd. Helaas is onze start niet perfect en vangen we veel vuile wind van… mijn vader! Hoewel onze hersenen op halve kracht functioneren komen er toch nog een paar goede tactische beslissingen uit waardoor we vrij snel voorin liggen. We willen de ton als eerste ronden en dat lijkt te gaan lukken. Totdat een andere idioot over stuurboord aankomt en niet wijkt. Inderdaad, l’histoire se répète.

We roepen op tijd ‘bakboord’, maar het is alsof we Chinees praten. Hij vaart stug door. Net als we besluiten onder hem langs te sturen (te dippen) gaat hij overstag. Hij ligt nu heel ongunstig boven ons en wij kunnen niet meer overstag zolang hij daar vaart. Hier eindigt het drama niet. De amateur wil graag de ton overzeilen, en doet dat met een scheepslengte of vijf en wij moeten mee. Alle vijf de scheepslengtes.

Dit keer maak ik geen protest. Hoewel ik zeker weet dat ik het zou winnen, heb ik liever goede mond-op-mond reclame voor onze Pampus Regatta dan dat ik zelf één plaatsje omhoog ga. Bovendien was ik degene die zo graag de minder doorgewinterde wedstrijdzeiler aan de start zag. Ik heb het geweten!

VHF 13
Onderweg horen we over kanaal 13 een oproep: “Gamechanger voor startschip, Gamechanger voor startschip over”. We luisteren uit, maar het startschip reageert niet. Na zijn derde oproep antwoord ik en vraag ik of ik iets kan doorgeven aan het startschip. Wellicht bereikt mijn marifoon wel het startschip, anders heb ik nog altijd de 06-nummers van de wedstrijdleiding. Je zit in de organisatie of niet.

Op hun vraag welke baan er gevaren wordt, antwoord ik twee keer: “Baan vijf, Noord Oost Kort.” ‘Oké, dank je wel!’, klinkt het blikkerig. ‘Succes, maar niet heel veel succes’ grap ik, maar twijfel of ze mijn humor snappen. 

Als we van de bovenboei naar beneden varen op de spi lopen we redelijk gelijk op met de Geusje uit de SW-1. We kruizen ook af en het lijkt te werken. Het lukt me alleen niet om de afstand tussen de Windrose te vergroten en zij blijven te dichtbij om van ze te kunnen winnen. Als we weer in de buurt van Durgerdam komen zie ik een rib naast één van de te ronden boeien. Ik zie de ‘C’-vlag en daaronder onze klassenvlag, wat zoveel betekent dat voor onze klasse de baan wordt ingekort. Een goed besluit en we varen direct naar de finish en door naar Naarden.

Omdat ik maandagochtend een belangrijke presentatie geef aan de hele internationale board van een nieuwe prospect, besluit ik niet meer naar Durgerdam te gaan, maar mijn Powerpoint voor ‘the day after’ voor te bereiden. Een goed besluit want we winnen er een nieuw account mee, zou later blijken.

Proost op de Pampus Regatta!
Retrospectief
Terugkijkend op de Pampus Regatta ben ik erg tevreden over het evenement. Het was een grote zeilwedstrijd met alles erop en eraan en ik heb alleen maar blije zeilers gezien. Maar ook als deelnemer heb ik ervan genoten. De wedstrijden waren erg leerzaam en we hebben onszelf overtroffen; het gijpen onder spi met hardere wind en meer golfslag vergde meer van de crew en veel van de voordekker, maar het ging goed. En de starts waren goed en soms briljant. Helaas werden deze lichtpuntjes teniet gedaan door de fouten die we maakten. Dat is jammer, maar daar kun je van leren. We weten immers precies wat we fout hebben gedaan (dankzij de GoPro) en wat we volgende keer anders moeten doen. En daar begint het mee als je wilt verbeteren.

Crew zaterdag: Rene, Rob, Hennie en Floris

Crew zondag: Robbert, Rob, Hennie Floris

dinsdag 12 augustus 2014

Stroef in de groove

‘Het loopt niet!’, roep ik geïrriteerd. We hebben de eerste boei gerond en liggen in de vloot van veertien schepen in onze klasse op een 10e plek. Na de derde boei liggen we zelfs 13e met de Nessy slechts 120 meter achter ons. Ik maak tactisch waardeloze beslissingen en de manoeuvres lopen ook niet soepel. Met overstag gaan is de lier niet belegd en schiet de overloop los. Dat soort dingen. Het loopt rommelig en het toornt aan mijn humeur.

De wind is minder dan voorspeld. Negen knopen met vlagen twaalf in plaats van dertien knopen met vlagen om en nabij de twintig. Alsof God het ook om te huilen vindt dalen vieze miezerbuien troosteloos op het dek. De wind blijft niet netjes uit het zuiden waaien maar doet af een toe een stapje opzij om vanuit het zuidoosten te blazen. Jammer, want hierdoor is de zuidbaan niet optimaal voor de spinaker en zijn de boten met genaker of zonder spi weer eens in het voordeel.

Dikke tieten
Doordat onze spi nogal een bolle borst heeft, of zoals Frans zou zeggen ‘dikke tieten’, is hij perfect als runner, maar iets minder lekker als reacher. Dus als op het tweede spi rak de wind bijna aandewind invalt blijft de spi in de tas. Alleen de twee Waarschepen durven het aan, verder niemand. Hier komt een genaker of code zero van pas, maar helaas zit die niet in onze garderobe.

Nu we ook de spi niet kunnen hijsen lijkt de wedstrijd verloren. Zo lekker als het vorige week liep, zo stroef loopt het nu. Ik moet denken aan Ajax dat vaak na een belachelijk goede wedstrijd in de C.L. de week erna verliest van een gepromoveerde Jupiler-club uit de polder. Goed, het is niet anders. De tering naar de nering zetten, zou Rutte zeggen. Dus gaat de knop om en proberen we het beste ervan te maken. Vergeet de wedstrijd, vergeet de anderen. ‘Gewoon lekker zeilen’ is het devies.

Langzaam kruipt en sijpelt de olie door alle gelederen van de crew en komt Team Fram in de groove. Ook de tactische beslissingen zijn beter en er wordt op het scherpst van de snede gestuurd.

Maritieme oerkreet
De eerste boten lopen we weer in. Boten die we op handicap overigens ver achter ons moeten laten, maar toch, het zorgt voor meer ‘crew hapinness’. Na de Clara passeren we de Orion en de Atlantis. En dan liggen we op ramkoers met de Knoet en de Lyra. Beiden zijn al bezig op het volgende downwind rak met een fok te loevert terwijl wij nog naar boven kruisen. Gelukkig varen wij over bak. Maar ze zien ons niet. Nee, ze zien ons echt niet. Het wordt tijd voor die maritieme oerkreet: “BAKBOORD!” En even lijkt er paniek op beide boten. Ik moet nog steeds vallen om een aanvaring te vermijden, maar maak er verder geen protest van.

We varen al een stuk beter, maar het spinnaker hijsen gaat vanavond verre van vlekkeloos. Na de zandloper op het vorige rak lijkt de spi nu vast te zitten. Althans, dat denken we, maar als we er zeker van zijn dat het doek nergens achter haakt, kan het niet anders dan dat het natte spinnakerdoek aan het natte grootzeil plakt. En dat zorgt voor teveel weerstand. Als de spi eenmaal loslaat en staat moeten we die twee Vega’s passeren. Dat móét voor het moraal, want ook al winnen we er niet van op handicap, het zorgt wel voor een beetje glans op deze doffe avond.

Als een luipaard besluipen we de twee Vega’s. Ze varen vlak achter elkaar (zonder spi) als wij (met spi) eraan komen. Ik kan er overheen, maar dat is een te groot risico. Als zij gaan loeven ben ik nergens, zij hebben immers geen spi. Alsof de Vrijheid gedachte kan lezen, loeft hij al iets op. Dus gaan wij er onder door. Het lukt en we passeren hem. Als we naast de Lyra liggen draai ik Fram naar buiten en gaat de spi er vroeg af. Ik had langer kunnen spinnakeren, maar daar zou ik niets mee opschieten. De Lyra moet ik ruimte geven bij de benedenboei en als ik er iets voor lig, moet ik er omheen. And that’s not part of the plan. De Lyra rondt de boei netjes en strak. Iets te strak, waardoor er een gat valt tussen hem en de boei op de nieuwe koers. Het gat waar ik op hoopte, want als we oploeven prik ik de neus precies tussen de ton en de Lyra en zijn we ook die voorbij.

Teamwork
We houden ze achter ons en op het laatste spi rak, spinnakeren we tot het gaatje. De spi gaat er op de boei af. Dat is netjes, maar was eigenlijk niet te bedoeling. Ik vertrouw op de crew en met name op Rob en stuur Fram tijdens het binnenhalen omhoog. Met grote halen trekt Rob de spi binnen die weer wind wil vangen op de nieuwe aandewindse koers. Rob geeft ‘m echter geen kans, terwijl René het voordek in luttele seconden weer vrij heeft gemaakt trekt Lodewijk het grootzeil aan. Geweldig. Dit is Team Fram! Met de nadruk op TEAM!

Zie hier de GoPro beelden van de acties. Je moet wel ingelogd zijn op Facebook om ze te kunnen zien: 



Naar de finish toe loopt de Lyra weer op ons in. Ik moet het toegeven, de Vega vaart op deze koers gewoon harder. En toch zou ik 10% sneller moeten zijn. Dat is een halve knoop. Ik kan ze alleen maar achter me houden door te loeven en dat doe ik ook. Vlak voor de finish val ik en geef ik ze ruimte om ook te finishen. Achter ons. Dat dan weer wel. We gaan als achtste over de streep en zijn blij dat we nog vijf boten hebben kunnen inhalen.

Op handicap houden we alleen de Nessy, Atlantis en Orion achter ons. Het maakt niet uit. Deze wedstrijd strepen we weg. Wat ik belangrijker vind was de mentaliteit aan boord. Het feit dat we ‘de knop’ om konden zetten en toch nog wat boten in hebben gehaald. Dat is de mentaliteit van een… juist… Winnaar!

Crew: Rene, Rob, Lodewijk, Floris
Wind: ZZO 7-11kn
Baan: 15 Zuid kort

Finish: 11e vd 14

donderdag 31 juli 2014

Murphy aan boord

Eindelijk! Eindelijk terug van vakantie en geen gekkenhuis op mijn werk. En dus had ik weer tijd voor onze woensdagavond competitie. Begrijp me niet verkeerd, ik heb een heerlijke vakantie gehad, maar na drukke werkweken en twee weken vakantie was mijn laatste WAC  die met WSV Almere-Haven. Dus je kunt wel zeggen dat ik zin had in een potje wedstrijdzeilen.

De dinsdag voor de WAC was ik nog vrij en ging ik na een kleine maand even polshoogte nemen bij Fram. Ben had Fram voor de vakantie mooi toegedekt onder een kuiptent en stuk vrachtwagenzeil. Verder was ze bedekt met tientallen spinnenwebben en was de onderkant bedekt met een vlekkerig algenlaagje. Kortom, er moest gepoetst worden want een schoon onderwaterschip is sneller en een schoon dek toont sneller.

Na een half uurtje bovendeks schrobben en een uur in het water gelegen te hebben, was ze klaar voor de WAC. Hoewel, nog niet helemaal. Het lijkt erop dat onze lieren hun beste tijd gehad hebben. Dus vroeg ik onze Hoofd Technische Dienst, Lodewijk, even polshoogte te nemen. Drie van de vier lieren tonen serieuze sporen van slijtage. Grrrmmbfffff… Houd het dan nooit op!

The actors
De crew bestaat uit Rob, Lodewijk, Steven en mij. Steven heeft al één keer meegezeild en dat beviel goed. Zijn zeilervaring en enthousiasme kunnen we goed gebruiken en eenmaal aan boord mocht hij de afwezige Hennie vervangen. Juist; toetsen, zeiltrim en de spi binnenhalen. Op de zeiltrim na was dat allemaal nieuw voor hem dus kreeg hij een spoedcursus terwijl we uitvaren. Rob verving onze ervaren voordekker René. We weten dat hij het kan en dat zou hij ook vanavond weer laten zien. Ik had natuurlijk het roer af kunnen staan aan Lodewijk en zelf de spi en toetsen kunnen doen, maar vanavond wilde ik eigenlijk iedereen uit zijn comfort zone halen en uren laten draaien in andere posities. Want je moet alles een keer gedaan hebben om te begrijpen wat de ander van je verwacht. En eerlijk gezegd had ik geen grote verwachtingen van deze wedstrijd. Dus zag ik het vooral als een training. 

Als we ons gebruikelijke oefenrondjes voor de start willen maken roept Rob opeens dat de genua is losgeschoten. Ik dacht even dat hij één van de schoten bedoelde maar het was de val. Shit! We zouden de spival kunnen gebruiken, maar dan kun je niet meer spinnakeren. Ik kijk op de klok. Nog 15 minuten voor de start. We hebben al een keer eerder met dit bijltjegehakt en dat was tijdens een spirak, dus waarom niet als je nog maar 15 minuten voor het startsignaal hebt? ‘Oké!’ roep ik ‘ik ga omhoog, Lodewijk houdt de boot in de wind en Rob en Steven gaan mij omhoog hijsen.’ Snel trek ik het bootmansstoeltje aan en haak ik mezelf aan de kraanlijn. Terwijl ik zelf omhoog probeer te klauteren trekken de mannen beneden met alles wat ze hebben die 85 kilo de lucht in. Het gaat verrassend snel en voordat ik het weet sta ik als Gerd-Jan Poortman tegen de top van de mast. Ik pak de genuaval en zeg dat ze me mogen laten zakken. Aan dek hijsen we de genua opnieuw en dan horen we het vijf minuten signaal. Snel terug naar de startlijn.
Heel even voelde ik me zoals Gerd-Jan. Heel even maar.

Met een goede stoot adrenaline, verzuurde spieren en een hartslag van een Gabber beginnen we aan de start. We hebben geen tijd om te kijken hoe en waar we het beste kunnen starten en gaan als een-na-laatste over de startlijn. Het maakt niet uit, we zijn tenminste gestart.

We liggen op ramkoers met de Lyra, maar wij hebben voorrang en zij wijken. Even later lijken we de Stantepede te raken, maar zij gaan net voorlangs. Dat is jammer want dan komen we die straks over stuurboord waarschijnlijk tegen en moeten we voorrang geven.

Gewoon lekker zeilen
Door de pech met de genuaval heb ik me voorgenomen om geen onnodig risico te nemen. De wet van Murphy zingt in mijn achterhoofd: Anything that can go wrong, will go wrong. Bovendien had ik geen hoge verwachtingen van deze wedstrijd en na deze start maak ik me geen illusies. Niet dat ik niet meer competitief ben, maar ik ga geen risico’s nemen. Gewoon lekker zeilen en zorgen dat onze ‘apprentice’ Steven zo snel mogelijk de handling onder de knie krijgt.

En inderdaad, daar komt de Stantepede aan over bakboord. Klappen is kansloos, maar dippen betekent dat ik de boei waarschijnlijk ook niet haal. Toch kiezen we voor het laatste in de hoop op een lift. We varen hard door naar de GM 60 en halen ‘m net nnnnnnn…. wel! Murphy vs Fram 1-1!

‘Zet de spiboom’, roep ik naar Rob terwijl ik snel nog even de handelingen vertel aan Steven. Lodewijk trimt het grootzeil en pakt één van de spischoten terwijl ik de boot om de ton stuur. Steven ‘pre-feed’ de spinnaker vanuit de kajuitopening en als deze eenmaal bij de boom is krijgt Rob groen licht om aan de mast te hijsen. De spi staat snel en mooi en we lopen direct lekker langs de Stantepede.


De wind
Ja dat was ik vergeten te vertellen. De wind was prachtig. Veel mooier dan de voorspelde 9 knopen afnemend naar 5. Nee, het was toch wel 10 tot 12 knopen en hij bleef staan! De Noordwestelijke richting hadden ze wel goed voorspeld. En dat betekent niet alleen een lang spinnakerrak vanaf de GM 60, maar ook hoge cijfers op het log.

Langzaam kruipen we naar voren. We passeren de eerste Albin Vega (De Vrijheid) en lopen strak langs de Lyra. Nu de rest nog. Maar dat wordt wel moeilijk.

One Vega down, one to go!
Als we bij de C-boei komen mag Steven de genua uitrollen, vastzetten, de klem opengooien als Rob de spival handmatig vasthoudt aan de mast, de barberhauler vieren zodat hij goed bij de lijschoot van spi kan om vervolgens via diezelfde lijschoot die blauwgele vierkante meters naar binnen te trekken. Tja, het is even een stukje handeling maar dan verwissel je ook 60 vierkante meter ruimwinds zeil voor 22 vierkante meter aandewinds zeil.

Het gaat helemaal goed en we beginnen aan het kruisrak. Onderweg mag Lodewijk de spi ‘ompoolen’, maar als ik bij de bovenboei ben zie ik dat het niet nodig was geweest. Dan maar teruggijpen. Dat gaat iets minder. De neerhouder staat te strak en als we ‘ruimte’ horen van onze Rob vieren we alleen de schoten en niet de neerhouder. Het lukt ‘m desondanks om de boom voor de babystag te prikken en om te zetten en we varen snel verder. ‘Snel’ betekent in dit geval 6.57 knoop.

Sandwich-constructie
Als we weer bij de C-ton aankomen zie ik dat het weleens druk zou kunnen gaan worden. We halen de spi er op tijd af en nemen geen enkel risico. Ik heb overlap met de Just Kidding en zit aan de binnenkant. Achter mij komt de Ferox aanstormen en een J80. Beiden hebben geen overlap. De J80 hoopte op een gaatje, maar kreeg die niet en had eigenlijk helemaal buitenom moeten ronden. Hij deed dit niet en ramde zijn boeg net iets achterlijker dan dwars in de Just Kidding om vervolgens terug te ‘bouncen’ en mij te rammen. Ik kan niet verder omhoog omdat inmiddels de Ferox tussen mij en de boei is gekropen. Hoewel hij geen recht op ruimte had, had ik geen zin om me te laten sandwichen tussen een Winner 900 en een J80 en probeer ik zoveel mogelijk ruimte te geven. Het is sturen op de millimeter. Gelukkig stuurt de Ferox strak en raakt hij ons niet. Intussen zit de zeereling van de J80 aan onze reddingsboeihouder vast. De voordekker van de J80 zegt met een opvallende kalmte dat ik even niet van koers moet veranderen. Ik begrijp meteen wat hij bedoelt. Óf zijn zeereling gaat naar de haaien óf mijn reddingsboeihouder gaat het begeven. ‘Welkom bij de zwakste schakel!’, zou Chazia Moerali zeggen. Snel trekt hij de zeereling eroverheen en zijn we na deze bodycheck gescheiden. Genoeg commotie en ik denk nogmaals aan Murphy, die zojuist de twee-één scoorde.

Crash tack
We kruisen door naar boven en liggen op ramkoers met een X79. Zij hebben voorrang. Ik zie te laat dat het de Blue Box is, want dan had ik wel gevraagd of ik even voorlangs mocht. We maken ons klaar voor een ‘crash tack’, hetgeen zoveel wil zeggen dat we direct kunnen klappen als ik dat nodig acht. Iedereen wacht in spanning… ‘Dit gaat niet goed komen’, denk ik en dan realiseer ik me dat als ik nog langer wacht, ik alleen maar achter hem in zijn vuile wind ga hangen. ‘Nu’, roep ik en we maken een van de snelste overstags ooit. Niet mooi, maar wel noodzakelijk. We varen deels gelijk op met de Blue Box echter lijken wij de boei niet te halen. ‘Maak nog maar een extra klapje’, grapt Frans met een te grote grijns vanaf de Blue Box. ‘Ik dacht het niet’, maar vraag de crew wel om nogmaals klaar te maken voor een ‘crash tack’. Gelukkig heb ik met Sjoerd meegevaren op de Blue Box en heb ik ook daarvan geleerd. Bijvoorbeeld dat je, als je de boei op meters niet lijkt te gaan halen, zo’n X gewoon met vaart onder de boei blijft sturen en hem in dat laatste stukje erover heen drukt. Dat gaat bij zo’n X79 heel goed. Nu werd het tijd om te kijken of Fram dat ook kan. Ik stuur stug door. Let niet meer op of ik de boei ga halen. Snelheid is alles wat ik wil. De dood of de gladiolen. En duimen dat Murphy niet kijkt. Ik kom ongeveer zeven meter te laag uit en bereid Lodewijk aan de genuaschoot voor. Hij begrijpt mijn bedoeling en vlak voor de boei stuur ik Fram loodrecht in de wind. Lodewijk gooit de genua los. Paniekering klappert het doek en lijkt het te zeggen: “Wat doe je nu?” Het plannetje lukt en we passeren de A ton op een schoenmaat 42. ‘Hé Murphy! Het staat weer gelijk!’

Na het volgende spinnakerrak stevenen we af op de finish. Samen met de Geusje. Alsof we twee F-16’s zijn en wij hun ‘wingman’. Wat zeg ik, zij zijn onze wingman! Want hoewel ze vier seconden voorliggen, zullen ze op handicap van ons verliezen. De wind staat nog steeds lekker met een knoop of twaalf en onder een mooie hoek vliegen we voorbij de verkeerstoren. Op weg naar de haven krijgt Steven het roer en zet hij de afterburner aan. Jammer dat niemand foto’s maakt, want mijn mooi gepoetste onderwaterschip is nu wel echt zichtbaar. 
Gelukkig heeft Steven wel foto's gemaakt, dat is ook precies de reden waarom hij op geen één foto staat. 
In de haven wordt de boot afgetuigd en vraagt Steven wat hij beter had kunnen doen. Eigenlijk niks, is de conclusie. Alles ging goed. Snelheid van de handeling is het enige, maar dat komt wel... de volgende wedstrijd.

In het clubhuis wachten we op de uitslag. Ik ga even bij onze CEO WAC, de heer Driessen kijken en zie de uitslag al. Vanuit gewoonte scan ik de lijst van onder naar boven. In dit geval had ik beter van boven naar beneden kunnen lezen. Zo te zien hebben we in de blessuretijd Murphy er nog even flink van langs gegeven, want Fram staat vanavond op het podium! Een bronsgekleurde derde plaats hebben we er uitgesleept. Op eigen kracht, met het eigen team. Apetrots ben ik. En we nemen nog een biertje om hierop te proosten. De critici kunnen natuurlijk zeggen dat het vakantie is en de Spoom en Knoet niet meededen. Dat klopt, maar Murphy deed vanavond wel mee. En dat is misschien wel veel zwaarder.

Crew: Rob, Lodewijk, Steven, Floris
Wind: 12 kn NW
Baan: 15 NW kort