‘Kijk even naar de luchtdruk, die gaat dan toch wel flink dalen’, ‘Nee die buien blijven op de Noordzee’, ‘Hooguit wat spatjes met vlaagjes van 20 knopen’. Alle (wedstrijd)zeilers zijn weermannen. Want wie veel zeilt, wordt vanzelf een Gerrit Hiemstra. Logisch als wind je enige motor is en de spelregels bepaalt. Ja en dan wil je wel graag weten of die motor een beetje betrouwbaar is en hoeveel pk die heeft.
Naast het weer is er een
hoofdrol voor Rob, die deze avond op het voordek staat, Hennie, die de toetsten
en genua bespeelt, Lodewijk aan het helmhout en Floris voor
grootzeiltrim en tactiek.
We starten met een halve
wind, die soms een beetje ruim invalt. We varen voor de laatste keer richting
de startlijn. Nog vijftien seconden. …‘Tuuuuuuuuut’, het startsein klinkt en we
gaan op snelheid over de lijn. Een prima start dus. Direct gooien we de
spinaker erop. Omdat we maar één getrainde voordekker hebben (onze number one bowman
Rene), krijgt Rob vanavond weer even les. Hoewel ‘les’ een groot woord is. Het
is meer een stage, zonder stagebegeleider. Het gaat goed, maar we varen erg
scherp met de spi, waardoor deze met moeite vol blijft staan.
Lodewijk attendeert ons op
twee vrachtschepen in de vaargeul. De vaargeul waar wij over 300 meter ook in
varen. Het ene vrachtschip meert af onder de Hollandse Brug, maar het andere
schip passeert gelijktijdig de ton die wij moeten ronden, samen met nog
een kleine 20 schepen. Wim van Team Windrose waarschuwt iedereen en roept hard:
“Let op het binnenvaartschip!” De boodschap wordt herhaald door de andere
boten. Het maakt de drukke boeironding nog
chaotischer. Iedereen moet meteen klappen. Wij ook. We liggen in elkaars vuile
wind en als het lege vrachtschip voorbij is klappen we terug, op zoek naar
vrije wind. De vaart is er na twee keer overstag helemaal uit. En de wind is
afgenomen tot onder de voorspelden 7 knopen.
Rob vouwt benedendeks de
spi in, terwijl Hennie en ik de zeilen trimmen. De warme luchttemperatuur en de
benauwde kajuit maken dat Rob zweet als een otter. Het helpt dan ook niet als
je je zeilbroek met bovenstuk, zeiljack (categorie Oceaan storm) en zwemvest erover aanhebt. Zei ik zwemvest? Ik bedoel natuurlijk zijn reddingsvest, toch Hennie.
Lodewijk stuurt minder hoog
dan zou kunnen, maar bij deze zwakke wind gaat bootsnelheid boven hoogte. Later
benadrukt Sjoerd van de Blue Box dat en vertelt dat je tijdens zo’n wedstrijd
niet op de rest moet letten. En eigenlijk hebben we dat ook grotendeels gedaan.
We zeilen geconcentreerd en
trimmen alles wat we kunnen trimmen. Hekstag, overloop, onderlijkstrekker,
valspanning, cunningham, leiogen, de schoten, geen lijntje blijft ongemoeid. En met resultaat, want
we lopen in. Onze stuurman let goed op de diepte en ik zeg dat hij niet verder
moet dan de denkbeeldige lijn tussen de A en B-boei. Daar komen we in het wier.
‘Is er eigenlijk al wier?’, vraag ik hardop af en ik neem een kijkje in het
heldere water. Tientallen strengen fonteinkruid zwaaien zwierig naar mij, de
boot, maar vooral naar de kiel, de schroef en het roer. ‘Wier! Klappen! Nu!’ En
we gaan direct overstag. Maar het kwaad is al geschied. Een lange sliert
waterplanten houdt weerbarstig vast aan de schroef en het roer. Met de pikhaak
probeer ik ons te ontdoen van deze spelbreker, maar het lukt niet. De plant is
als spaghetti in kokend water met een scheut olijfolie.
Eenmaal bij de bovenboei
mag onze voordekker zich weer van zijn best kant laten zien. Het loopt
eigenlijk best wel soepel. We hebben alleen een denkfout gemaakt, waardoor de
spi op de verkeerde kant klaarstaat. Helaas. Gijpen, hijsen en teruggijpen.
Rob zet de boom en gooit de tas open en hijst mee aan de mast. Met vier meter
per seconden schiet de spi omhoog. Als hij eenmaal staat gijpen we terug.
De matige wind is niet echt
ons ding. Maar wel voor de Knoet, die zonder spi harder loopt dan wij met spi.
Hij zou die avond eerste worden van de SW-A, SW-B en J80 klasse. Ik zou maar
oppassen Jan, volgend jaar gaan er weer punten af ;-). Ondanks dat we een
beetje achter in het veld liggen (dus op handicap helemaal achterin varen)
hebben we het goed naar ons zin. We zeilen goed en maken geen grote fouten.
Tuurlijk, de gijp met de spi kon beter. En dat laat Rob bij de volgende gijp
ook zien. Soepel en in één beweging.
Als we op de spi naar de
finish kabbelen, willen we Xander en crew nog even inhalen. Dit lukt, maar dan
steken zij achter ons langs om Fram aan de hoge kant te passeren. We kunnen ze
eruit loeven. Sterker nog, we kunnen ze uit de finish loeven, maar deze race is
voor ons al verloren. We eindigen toch op een een-na-laatste plaats. En ik
besluit om dat niet te doen. We finishen enkele seconden achter de Aquaholic en
concluderen dat vanavond een heerlijk avondje was. Het zeilplezier krijgt in
elk geval een dikke acht.
In de box drinken we nog
een biertje op Fram. We analyseren de wedstrijd, maar dwalen al gauw af naar de
oude Ford Mustang van Hennie, illegaal autorijden op je 12e en
schieten op je slaapkamer met het dienstpistool van je vader. De after sail
krijgt een negen.
Als we naar huis gaan wil
ik ‘even’ langs het Behouden Huys voor de uitslag. Maar ‘even’ wordt al gauw
vijf kwartier. De vereniging is te gezellig, de verhalen te leuk en de tips te leerzaam. We horen dat we 11e zijn geworden van de 19 schepen.
Toch een stuk minder kansloos dan ik dacht. En daarom krijgt dit resultaat een
vijf, wat weliswaar het gemiddelde iets drukt maar overall nog altijd ruimschoots
voldoende is.
Crew: Rob, Hennie,
Lodewijk, Floris
Baan: 5 Oost Kort
Wind:7-4 knopen Oost
Finish: 11e van
de 19
RECTIFICATIE
In mijn blog van 24 april schrijf ik over de Spoom die door de hekgolf van een passerende speedboot de
ton raakt en geen strafrondje draait. De schipper heeft mij overtuigd dat dit
niet het geval was en, als het wel zo zou zijn, zij een strafrondje zouden
maken. Wij zullen de tekst “Een net-niet planerende Bayliner passeert ons en trekt hoge golven
waardoor de B-boei de Spoom raakt.” Veranderen in “Een net-niet planerende
Bayliner passeert ons en trekt hoge golven waardoor het lijkt of de
B-boei de Spoom raakt.” Tot slot wil ik benadrukken dat deze weblog van Team
Fram onder artikel 7 van de Nederlandse Grondwet valt. Bovendien wil ik u eraan
herinneren dat ik mijn brood verdien met het schrijven van reclameteksten. Het
zit in mijn inkt om de zaken beeldender, mooier, spannender en boeiender te
beschrijven dan ze wellicht op dat moment waren. Ik verwijs u graag naar het
vaatje naast de peper, voor de spreekwoordelijke korrel zout.