‘Bestaat Team Fram nog?’, vroeg iemand mij onlangs. ‘Ja’, antwoordde ik ietwat verontwaardigd. ‘Ik lees nooit meer iets op je blog!’ Ja, dat kan kloppen. Want door mijn inspanningen voor de wedstrijdcommissie en met name de Pampus Regatta heb ik geen tijd meer gehad om te schrijven over onze inspanningen op het water. Tel daar een belangrijke pitch voor mijn werk bij op en je komt uren, zo niet nachten tekort en moet zelfs wedstrijden laten varen (Hennie Hoenselaar Cup). Inmiddels is de storm even gaan liggen en dus is er tijd voor een krabbel.
De Pampus Regatta is het hoogtepunt van het seizoen. De opvolger van ‘onze’ Hooikist Race is nu door R&ZV Naarden, WSV Flevomare en Zeilvereniging Het Y naar een tweedaagse regatta gepromoveerd. ‘Een professionele wedstrijd met een laagdrempelig karakter’. Zo omschreef ik het in een van de persberichten. En dat is gelukt. 85 boten schreven zich in en de klasse voor ongemeten boten (SW-klasse) was het grootst!
Omdat we dit jaar al veel wedstrijden moesten laten schieten, waaronder de Eemdelta Race, Lenco Regatta en de 24-uurs, was ik redelijk cold turkey en wilde, nee moest ik weer even een serieuze wedstrijd varen. Ik ben doorgaans al fanatiek, maar nu was ik een extremist (goedemiddag AIVD, ja dit is een zeilblog, leuk dat u meeleest). Na een goed seizoen in Naarden, wilde ik dat nog ‘even’ prolongeren op de Pampus Regatta. De boot was in orde, de crew getraind en volledig, dus niets stond ons in de weg.
Zaterdag
Zaterdag varen we de oude Hooikist Race, dus up- en downwindbanen. Het leukste wat er is als je het mij vraagt. De startprocedure ging uiterst professioneel, ook al klonk het startschot niet op het moment suprême. Maar zoals elke zeiler weet, zijn de vlaggen leidend, bovendien kon je via VHF 13 het aftellen horen en wist je dus dat er op GPS tijd werd gestart. En dus gingen wij zaterdag om tien uur over de startlijn. Ok, ik overdrijf een beetje. Het was 10.00u en 3 seconden.
Na deze goede start, gaat het eigenlijk al snel fout. We maken een slag over stuurboord en dachten niet op ramkoers te liggen met de rest van de vloot. Helaas hebben we het verkeerd ingeschat en moeten we weer terugklappen. Het kost een paar scheepslengtes. Als we bij de bovenboei aankomen, moeten we iets afvallen richting de spreader, een tweede bovenboei die het veld uit elkaar trekt (spread). Daarna kan de spi erop en is het volle vaart naar beneden.
We gaan lekker en liggen vierde in het veld en op handicap tweede. Maar als we de spi prefeeden en hijsen zie ik dat er een enorme fout wordt begaan. De spinakerboom staat aan de verkeerde kant. En we moeten eerst ombouwen voordat we kunnen hijsen. Terwijl de GoPro draait overstemt mijn gevloek de 14 knopen wind. Allesbehalve fraai en een paar rakken later zou ik mijn excuses aanbieden. Op de filmbeelden zie ik later dat het ombouwen tweeëneenhalve minuut duurt. Ik ga niet uitrekenen hoeveel scheepslengtes het is, maar het kost ons de eerste wedstrijd. Gelukkig mag je een wedsttrijd wegstrepen. Altijd jammer als dat de eerste is.
De wind is bij vlagen hard en vraagt iets meer kracht en vertrouwen van onze voordekker als we op de spinaker gijpen. De spiboom moet helemaal voorbij de babystag en moet daardoor flink naar buiten worden gedrukt voordat deze weer op het boomoog kan worden gezet. En met deze wind is dat bijzonder lastig. De genuaschoot moet normaliter over de boom, maar het is al lastig genoeg voor onze voordekker, dus laten we die even voor wat het is. Nadat René de spinaker heeft gegijpt varen we zo hard mogelijk naar de gate. Nou ja hard… Waar onze spi ooit het geheime wapen was, lopen we nu niet meer op iedereen in. Nee we worden zelfs ingehaald!
De spi gaat er zo laat mogelijk af en daar pakken we dan toch weer een paar boten mee. We ronden de bakboord boei van de gate en gaan aandewind over stuurboord verder. Dit gaat goed. Maar bij de eerste overstag gaat het weer mis. De genua blijft achter de boom haken. ‘Shit! Vergeten!’, schiet er door mijn hoofd. Die schoot hadden we niet over de boom gelegd met de gijp. Terwijl het zeil bak staat, moeten we weer terugklappen. We liggen helemaal stil en de race is nu echt verloren.
Race 2
Als de start van de eerste race goed was, dan was de start van de tweede race briljant. Terwijl iedereen zich ophoopt bij het startschip, varen wij iets lager met volle vaart door het midden van de startlijn. We gaan op seconde nul door de start en even twijfel ik of we niet te vroeg zijn gestart, maar dan klinkt het ‘all clear’ door de marifoon en dat betekent dat niemand te vroeg is gestart.
Protest
De briljante start maakt het mogelijk om onze eerste slag over stuurboord vrij voor het hele veld te maken. Bij de bovenboei draaien we net achter de nummer 1 op de layline. De race gaat goed, maar als we de bovenboei willen gaan ronden komt daar ineens de Windmaker over stuurboord aan. Hoewel iedereen inclusief wij, bakboord roept, wijkt hij niet uit. Nee, meneer draait zijn boot gewoon de layline op alsof er niemand is. Wij sturen Fram omhoog tegen de wind in en vermijden een aanvaring. ‘Protest!’, roep ik en laat direct de rode vlag zien. Wat een enorme £!@#$%^&*!
We zijn door deze stomme actie van ons à propos en de automatische piloot neemt het even over. We ronden de boei en zetten de spi. Ja, en daar komt ie hoor. GF3. Grote fout drie! Gelukkig helpt Jan Hesselink ons en roept. “Je vergeet de spreader!” Ai, dat is waar ook. Dit is ronde 1 en we moeten die spreader nog ronden. Ik vervloek die stomme Windmaker nogmaals en vervloek mezelf dat ik niet bij de les blijf. Hup, spi naar binnen, om de spreader heen en spi er weer op. Goed, deze actie kost ons de race.
Dan komt het moment van bezinning. Ik merk dat ik teveel van alles en iedereen verwacht, inclusief mijzelf. Ik kijk om me heen. De vloot, het weer, de ribs en het starschip. Potverdikkie Floris, dit heb jij mede mogelijk gemaakt. Geen gekke prestatie. Ik kom de Windmaker nog een keer tegen en besluit het protest niet door te zetten. Ik zit immers in de organisatie en wil juist zoveel mogelijk zeilers bij dit evenement betrekken. Dan moet je ze er vooral uit gaan protesteren! Het weer is fantastisch en de organisatie subliem, dus probeer ik vooral van het moment te genieten en laat de wedstrijd los.
Race 3
De derde race is niet noemenswaardig. Geen ‘highs’ noch ‘lows’. Na de finish varen we in een stralend zonnetje naar het bier in Durgerdam. Daar moet ik nog wat organisatorische zaken regelen en kan ik na een uur ook aan het bier.
Junior vs senior
Als ik op de steiger van het clubhuis de uitslagen van zaterdag zie, baal ik toch. Want ondanks dat ik hierboven heb beschreven wat we fout deden en hoeveel tijd onze fouten kosten, was ik me daar op dat moment niet zo van bewust. Ik dacht dat we wel redelijk hadden gevaren en in het midden zouden eindigen, maar we zijn 12e van de 18. En als ik zie dat mijn vader ook nog eens twee plekken boven mij staat in de tussenstand, duurt het al gauw vijf bier voordat ik weer vrolijk ben. Het is niet dat ik het hem niet gun, maar ik ken zijn boot en hij kent die van mij. Sterker nog, hij heeft ons vaak over de finish gestuurd als schipper en ik de zijne meerdere malen in de 24-uurs. Dus ik had verwacht dat wij met onze harde kern wel zouden winnen van hem met slechts één opstapper waarmee hij nog nooit gevaren had. Niet dus. Grappig genoeg eindigen we de eerste race slecht 18 seconden na elkaar. Helaas zal ik dit een jaar lang moeten aanhoren. ‘Pap, volgend jaar revanche!’
Zie hier een sfeerimpressie van zaterdag, onze fouten zijn er uitgeknipt ;-)
Zondag
Het is zondagochtend vroeg. Ik word wakker van geklop. Ik til mijn hoofd iets op en kijk op mijn iPhone en zie dat het bijna half zeven is. Het geklop wordt heftiger maar als ik mijn hoofd in mijn kussen begraaf, lijkt het minder te worden. Het was té gezellig gisteravond. Even overweeg ik te gaan zwemmen in het IJmeer. Je bent dan meteen wakker en katers kunnen niet zo goed tegen water. Maar ik kies voor de douche. Het helpt enigszins en ik ben ‘fit to sail’. Vandaag staat namelijk de voormalig Trintelrace op het programma. Een lange afstandsbaan van 20-30 mijl (voor de landrotten x1,85 = kilometers).
We liggen zes dik in de haven en moeten wachten tot iedereen is uitgevaren voordat wij de trossen los kunnen gooien. Hierdoor zijn we bijna te laat bij de start, maar net op tijd. Helaas is onze start niet perfect en vangen we veel vuile wind van… mijn vader! Hoewel onze hersenen op halve kracht functioneren komen er toch nog een paar goede tactische beslissingen uit waardoor we vrij snel voorin liggen. We willen de ton als eerste ronden en dat lijkt te gaan lukken. Totdat een andere idioot over stuurboord aankomt en niet wijkt. Inderdaad, l’histoire se répète.
We roepen op tijd ‘bakboord’, maar het is alsof we Chinees praten. Hij vaart stug door. Net als we besluiten onder hem langs te sturen (te dippen) gaat hij overstag. Hij ligt nu heel ongunstig boven ons en wij kunnen niet meer overstag zolang hij daar vaart. Hier eindigt het drama niet. De amateur wil graag de ton overzeilen, en doet dat met een scheepslengte of vijf en wij moeten mee. Alle vijf de scheepslengtes.
Dit keer maak ik geen protest. Hoewel ik zeker weet dat ik het zou winnen, heb ik liever goede mond-op-mond reclame voor onze Pampus Regatta dan dat ik zelf één plaatsje omhoog ga. Bovendien was ik degene die zo graag de minder doorgewinterde wedstrijdzeiler aan de start zag. Ik heb het geweten!
VHF 13
Onderweg horen we over kanaal 13 een oproep: “Gamechanger voor startschip, Gamechanger voor startschip over”. We luisteren uit, maar het startschip reageert niet. Na zijn derde oproep antwoord ik en vraag ik of ik iets kan doorgeven aan het startschip. Wellicht bereikt mijn marifoon wel het startschip, anders heb ik nog altijd de 06-nummers van de wedstrijdleiding. Je zit in de organisatie of niet.
Op hun vraag welke baan er gevaren wordt, antwoord ik twee keer: “Baan vijf, Noord Oost Kort.” ‘Oké, dank je wel!’, klinkt het blikkerig. ‘Succes, maar niet heel veel succes’ grap ik, maar twijfel of ze mijn humor snappen.
Als we van de bovenboei naar beneden varen op de spi lopen we redelijk gelijk op met de Geusje uit de SW-1. We kruizen ook af en het lijkt te werken. Het lukt me alleen niet om de afstand tussen de Windrose te vergroten en zij blijven te dichtbij om van ze te kunnen winnen. Als we weer in de buurt van Durgerdam komen zie ik een rib naast één van de te ronden boeien. Ik zie de ‘C’-vlag en daaronder onze klassenvlag, wat zoveel betekent dat voor onze klasse de baan wordt ingekort. Een goed besluit en we varen direct naar de finish en door naar Naarden.
Omdat ik maandagochtend een belangrijke presentatie geef aan de hele internationale board van een nieuwe prospect, besluit ik niet meer naar Durgerdam te gaan, maar mijn Powerpoint voor ‘the day after’ voor te bereiden. Een goed besluit want we winnen er een nieuw account mee, zou later blijken.
Proost op de Pampus Regatta! |
Retrospectief
Terugkijkend op de Pampus Regatta ben ik erg tevreden over het evenement. Het was een grote zeilwedstrijd met alles erop en eraan en ik heb alleen maar blije zeilers gezien. Maar ook als deelnemer heb ik ervan genoten. De wedstrijden waren erg leerzaam en we hebben onszelf overtroffen; het gijpen onder spi met hardere wind en meer golfslag vergde meer van de crew en veel van de voordekker, maar het ging goed. En de starts waren goed en soms briljant. Helaas werden deze lichtpuntjes teniet gedaan door de fouten die we maakten. Dat is jammer, maar daar kun je van leren. We weten immers precies wat we fout hebben gedaan (dankzij de GoPro) en wat we volgende keer anders moeten doen. En daar begint het mee als je wilt verbeteren.
Crew zaterdag: Rene, Rob, Hennie en Floris
Crew zondag: Robbert, Rob, Hennie Floris